Vragen van de leden Jadnanansing (PvdA) en Van Meenen (D66) aan de staatssecretaris
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Vanaf de gracht brallen over
leiderschap in het onderwijs» (ingezonden 7 juni 2013).
Antwoord van staatssecretaris Dekker (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen
5 september 2013).
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel «Vanaf de gracht brallen over leiderschap in het onderwijs»?1
Vraag 2
Herkent u het geschetste beeld van dergelijke consultancy bureaus die weinig op hebben
met onderwijskwaliteit, veel invloed hebben en waarvan niet duidelijk is of zij resultaten
boeken die bijdragen aan de onderwijskwaliteit? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 2
Nee, ik heb geen signalen gekregen dat hiervan sprake is. Het artikel gaat voornamelijk
over één adviesbureau dat door schoolbesturen is ingehuurd. Dit betreft een primaire
verantwoordelijkheid van schoolbesturen. Op basis van dit artikel kan ik geen algemene
uitspraak doen over het functioneren van consultancybureaus en tot de algemene conclusie
komen dat «dergelijke consultancy bureaus» weinig op hebben met onderwijskwaliteit.
Vraag 3
Kunt u inzichtelijk maken hoeveel opdrachten er uitstaan en hoeveel geld onderwijsinstellingen
spenderen aan «Consultants for Business Excellence» (CBE) of vergelijkbare adviesbureaus?
Antwoord 3
Het departement heeft geen inzicht in dit soort specifieke uitgaven van onderwijsinstellingen.
De richtlijnen voor jaarverslaggeving vereisen dit niet.
Vraag 4
Deelt u de mening dat onderwijsgeld zo veel mogelijk en zo effectief mogelijk aan
onderwijs uitgegeven moet worden? Zo ja, welke middelen staan u ter beschikking om
de uitgaven aan externe partijen in te perken wanneer nut, noodzaak en redelijkheid
discutabel lijken?
Antwoord 4
Ja, het uitgangspunt is uiteraard dat onderwijsgeld zo effectief mogelijk uitgegeven
moet worden. Schoolbesturen zijn binnen de kaders van wet- en regelgeving echter vrij
om te bepalen op welke wijze de bekostiging naar hun mening het beste kan worden ingezet.
Alleen uitgaven die niet in overeenstemming zijn met wet- en regelgeving kan ik terugvorderen.
Het is aan het bestuur van de onderwijsinstelling om te bepalen of het doelmatig is
om adviesbureaus al of niet in te huren en zo ja, welke dat zijn. De raad van toezicht
speelt in ons systeem van checks and balances vervolgens een belangrijke rol om nut,
noodzaak en redelijkheid van uitgaven aan externe partijen te toetsen.
Vraag 5
Bent u bereid om een stevig appèl te doen op de sector, om uitgaven aan externen grondig
te verantwoorden en zo veel mogelijk te beperken? Zo ja, hoe gaat u dit vormgeven?
Antwoord 5
In de Kamerbrief Versterking bestuurskracht in het onderwijs van 19 april 2013 (Tweede Kamer, vergaderjaar 2012/13, 33 495, nr. 10) hebben de minister en ik onze visie gegeven op professioneel bestuur en daarin ook
een moreel appèl gedaan op besturen om ethisch verantwoord te handelen. Kwaliteit
van onderwijs, doelmatigheid en rechtmatigheid dienen steeds centraal te staan. We
hebben in die brief ook maatregelen aangekondigd om de focus daarop verder te versterken
waarmee uw kamer heeft ingestemd. De brief impliceert dat bestuurders zich voortdurend
moeten afvragen of het noodzakelijk is externe partijen in te schakelen om de kwaliteit
van het onderwijs verder te verbeteren.
Vraag 6
In hoeverre en op welke wijze is er sprake van samenwerking tussen het ministerie
van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en CBE en hoe beoordeelt u dit vanuit de gewenste
onafhankelijkheid van het ministerie?
Antwoord 6
De afgelopen drie jaren zijn de volgende opdrachten aan CBE verstrekt: in 2011 is
een bedrag van € 505,– betaald voor deelname aan een internationaal onderwijscongres.
In 2012 is € 3.130,– betaald, dit betrof een bijdrage aan een vierdaagse studiereis
naar Noorwegen. In 2013 wordt een bedrag van € 484,– uitgegeven voor een bijdrage
aan het onderwijscongres «Making Shift Happen».
Vraag 7
Hoeveel geld is door het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap uitgegeven
aan opdrachten en inhuur van CBE en vergelijkbare adviesbureaus? Kunt u dit per jaar
uitsplitsen?
Antwoord 7
Over de inhuur van vergelijkbare adviesbureaus wordt jaarlijks aan de Tweede Kamer
gerapporteerd in de bijlage externe inhuur bij het Jaarverslag. In 2011 is aan het
type externe inhuur «organisatie- en formatieadvies» € 779.000,– uitgegeven, in 2012
waren de uitgaven € 461.000,–. De uitgaven aan vergelijkbare adviesbureaus maken hier
onderdeel van uit.