Vraag 1 t/m 8
Bent u bekend met het feit dat de Dienst Terugkeer & Vertrek (DT&V) voornemens is
om op maandag 26 augustus aanstaande een Iraaks gezin waarvan alle vier kinderen bij
Nidos1 onder toezicht zijn gesteld uit te zetten naar België?
Bent u bekend met het feit dat het oudste kind op basis van een machtiging uithuisplaatsing
al enige tijd in een opvanggezin verblijft? Bent u voorts op de hoogte dat de overige
drie kinderen in de leeftijd van 2 tot 14 jaar met de ouders op 14 augustus 2013 in
het uitzetcentrum in Zestienhoven zijn geplaatst met het oog op uitzetting en dat
er voor deze drie kinderen op 21 augustus 2013 een spoed machtiging uithuisplaatsing
is afgegeven door de kinderrechter op verzoek van Nidos en dat de bewaring voor hen
(na veel aandringen door Nidos) pas aan het einde van deze dag is opgeheven?
Bent u bekend met het feit dat Nidos, Jeugdzorg, de Raad voor de Kinderbescherming
en onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen hebben vastgesteld dat de kinderen
op dit moment ernstig beschadigd worden in hun ontwikkeling, wat voor de kinderrechter
aanleiding vormde om de kinderen onder toezicht van Nidos te stellen en op 21 augustus
ook een spoed machtiging uithuisplaatsing af te geven vanwege «onmiddellijk en ernstig
gevaar»?
Bent u bekend met feit dat DT&V aanvankelijk de hele dag weigerde om het bevel van
de kinderrechter op te volgen waardoor de kinderen de hele dag in vreemdelingenbewaring
verbleven terwijl dit volgens de kinderrechter onverantwoord was? Hoe verhoudt in
uw ogen het feit dat de Nederlandse Staat op last van de rechter de kinderen bij hun
ouders vandaan moet halen zich tot het feit dat diezelfde Staat de kinderen met hun
ouders in detentie laat zitten en wil uitzetten?
Bent u bekend met het feit dat Nidos zich als gezinsvoogd verzet tegen de overplaatsing
van dit gezin omdat er op dit moment onvoldoende waarborgen zijn om dan de kinderbeschermingsmaatregelen
ten uitvoer te brengen?
Hoe beoordeelt u deze situatie in het licht van artikel 5 en 18 van het Internationaal
Verdrag inzake de Rechten van het Kind (IVRK) waarin staat dat de overheid de taken
en verantwoordelijkheden van ouders en voogden moet respecteren en hen moet bijstaan
als zij hulp nodig hebben?
Ben u bekend met het feit dat de ouders en twee oudste kinderen van vijftien en veertien
jaar oud al veertien jaar zwervende zijn buiten Irak, dat de jongste twee kinderen
van dertien en twee jaar oud in Nederland zijn geboren en dat zij de meeste tijd in
Nederland zijn geweest?
Bent u van mening dat in de huidige procedure de rechten van de kinderen voorop zijn
gesteld?
Bent u bereid deze vragen met spoed (eventueel vertrouwelijk) te beantwoorden?
Antwoord 1 t/m 8
Ik ben bekend met de situatie van dit gezin en de recente ontwikkelingen. Zoals u
weet ga ik bij de beantwoording van kamervragen niet in op specifieke aspecten van
individuele zaken. Ik ben niet bereid hier een uitzondering op te maken, temeer niet
nu er nog elementen van deze zaak ter beoordeling bij de rechter liggen.
Wel wil ik u melden dat er sinds 21 augustus overleg plaatsvindt met alle betrokkenen,
waar onder Nidos, de gemachtigde en de ouders en kinderen. Inmiddels is de bewaring
opgeheven en zijn de ouders met hun twee jongste kinderen in afwachting van verdere
stappen in een gezinslocatie geplaatst. De twee oudste kinderen zijn onder toezicht
van Nidos uit huis geplaatst.
Door mijn diensten wordt nu, in overleg met Nidos en het gezin, bepaald wat het vervolg
moet zijn, met inachtneming van zowel de vreemdelingrechtelijke- als jeugdbeschermingskaders.