Vraag van het lid Van der Steur (VVD) aan de minister van Veiligheid en Justitie over de inzet van lokpubers bij de bestrijding van internetdating en kinderporno (ingezonden 24 september 2012).

Mededeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 11 oktober 2012)

Vraag 1

Kent u het bericht «Pedozaak strandt op inzet van lokpuber»?1

Vraag 2

Is de conclusie van het artikel juist dat de inzet van de «lokpuber» door de rechter niet werd geaccepteerd en dat een man die in het bezit was van kinderporno en probeerde een – naar hij dacht – 13-jarige jongen tot seksuele handelingen aan te zetten niet verder kan worden vervolgd?

Vraag 3

Wat is uw reactie op deze situatie?

Vraag 4

Deelt u de mening dat de inzet van namaak accounts door de politie op populaire sociale media sites mogelijk moet zijn om potentiële misbruikers te identificeren en gevaar voor gewone gebruikers te voorkomen?

Vraag 5

Welke aanpassingen van wet- en regelgeving zijn nodig om de hier bedoelde inzet mogelijk te maken? Wanneer komt u met voorstellen daartoe?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Van der Steur (VVD) van uw Kamer aan de minister van Veiligheid en Justitie over de inzet van lokpubers bij de bestrijding van internetdading en kinderporno (ingezonden 24 september 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

Leidsch Dagblad 24 september 2012

Naar boven