Vragen van de leden Kooiman en Gesthuizen (beiden SP) aan de minister van Veiligheid en Justitie over het publiceren van 112-meldingen op internet (ingezonden 24 april 2013).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 3 juli 2013). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2012–2013, nr. 2275.

Vraag 1

Klopt het dat u, als aangekondigd in uw antwoord op eerdere vragen1, voornemens bent om per oktober 2014 P2000 te coderen?2

Antwoord 1

Ik ben voornemens de mogelijkheden tot encryptie te onderzoeken en, afhankelijk van de technische en financiële consequenties daar, na overleg met het veld, over te besluiten.

De besluitvorming over P2000 loopt parallel aan de besluitvorming over de aanbesteding van de nieuwe beheerovereenkomst voor C2000, welke door voortschrijdend inzicht gefaseerd wordt uitgevoerd. De huidige beheerovereenkomst wordt tot 2017 verlengd en daardoor kan niet eerder dan in 2017 sprake zijn van eventuele encryptie van P2000.

Vraag 2

Deelt u de mening dat het probleem vooral is dat privacygevoelige gegevens op internet terecht komen en niet het feit dat journalisten toegang hebben tot communicatie tussen hulpdiensten?

Antwoord 2

Ik onderschrijf het probleem dat pagingberichten van de hulpdiensten langdurig zichtbaar zijn op het internet voor zover deze onnodig de privacy van burgers schenden. Dit geldt zowel voor de pagingberichten ten behoeve van de alarmering van de brandweereenheden en de ambulance-eenheden als voor de via paging verstuurde persalarmeringen.

In overleg met de Nationale Politie en het Veiligheidsberaad onderzoek ik in de komende maanden de mogelijkheden om de privacy van burgers op dit punt te verbeteren vooruitlopend op de mogelijke encryptie van P2000 in 2017.

Vraag 3

Klopt het dat journalisten vanaf dat moment dus geen toegang meer hebben tot dit netwerk? Hoe worden journalisten vanaf dat moment op de hoogte gebracht van incidenten?

Antwoord 3

Indien encryptie op de pagingberichten wordt doorgevoerd dan zijn de berichten die tussen de meldkamer en de eenheden worden verzonden en de via paging verzonden persalarmeringen niet langer zichtbaar op het internet/de 112-sites.

Journalisten zullen door middel van zogenaamde persalarmeringen worden geïnformeerd over incidenten. Hiervoor zal in samenwerking tussen de Nationale Politie en het Veiligheidsberaad een landelijke richtlijn worden opgesteld.

Vraag 4, 5

Kent u de klachten die er waren toen de voorlichting enkel verliep via de persvoorlichters van de politie? Hoe gaat u voorkomen dat deze klachten opnieuw op gaan spelen?

Bent u bereid om in overleg met de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) ook te kijken op welke manier journalisten voldoende en op tijd toegang hebben tot voor hen relevante informatie, zodat zij hun werk goed kunnen blijven doen? Zo ja, kunt u de Kamer informeren over de uitkomst van dit overleg? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4, 5

Ja ik ken de klachten. Ik zal dan ook toezien dat de landelijke richtlijn voor het informeren van de media wordt afgestemd met Nederlandse Vereniging van Journalisten. Er zal in dit overleg ruimte zijn om over eventuele klachten over de voorlichting in het verleden te spreken en om afspraken te maken hoe dit in de toekomst te voorkomen.


X Noot
1

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2012–2013, nr. 1662

Naar boven