Vragen van de leden Jacobi en Mei Li Vos (beiden PvdA) aan de staatssecretaris van Economische Zaken over het blokkeren van de doorvoer van een IJslands schip met vinvissen (ingezonden 6 juni 2013).

Antwoord van staatssecretaris Dijksma (Economische Zaken) (ontvangen 17 juni 2013)

Vraag 1

Kent u het artikel «Rutte moet walvisjacht stoppen»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening dat de walvisjacht afkeurenswaardig is en zo spoedig mogelijk gestopt dient te worden?

Antwoord 2

Ja.

Vraag 3

Bent u bereid in te gaan op de wens van meer dan een miljoen mensen, die via de petitie van Avaaz, de Nederlandse regering oproepen de doorvoer van vinvissen via de Rotterdamse haven tegen te houden? Zo ja, binnen welke termijn? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

Ik heb op donderdag 6 juni jl. de petitie van Avaaz hierover in ontvangst genomen. Ik heb bij die gelegenheid gezegd dat ik de standpunten verwoord in de petitie volledig ondersteun. Nederland is immers van mening dat walvisjacht en handel in walvisvlees niet mogelijk zouden moeten zijn. Daarbij heb ik wel gezegd dat de juridische middelen hiervoor ontbreken, omdat zowel IJsland als Japan een voorbehoud bij de opname van walvissen op de CITES lijsten hebben gemaakt en het walvisvlees «in transit» blijft. Ik verwijs u verder naar het antwoord op vraag 6.

Vraag 4 en 5

Wat is de stand van zaken sinds door voormalig minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), mevrouw Verburg, in 2010 aan de Kamer toegezegd is een doorvoerverbod van walvisvlees in de Europese Unie (EU) zo spoedig mogelijk in EU-verband te agenderen en dit ook in de International Whaling Commission (IWC) aan de orde te laten komen?2

Wat zijn tot nu toe de resultaten van de twee door de voormalig minister van LNV in 2010 uitgezette sporen, namelijk het spoor van de onderhandelingsdelegatie voor de IWC en het spoor van de informele Visserijraad?

Antwoord 4 en 5

De handel in walvisvlees is internationaal gereguleerd in het CITES verdrag. Binnen CITES genieten walvissen de hoogste graad van bescherming en mag er dus niet in gehandeld worden.

Zoals gemeld bij het antwoord op vraag 3 hebben zowel IJsland als Japan een voorbehoud gemaakt bij de opname van walvissen op de CITES lijsten. Hiermee plaatsen zij zich voor wat de handel in walvissen betreft buiten het verdrag. Het CITES verdrag is op Europese schaal volledig geïmplementeerd. Er is dus een Europees handelsverbod. Tegen de doorvoer van goederen die «in transit» blijven kan ook op Europese schaal niets gedaan worden.

De IWC houdt zich bezig met de regulering van de vangst van walvissen. In het kader van de IWC pleit Nederland al jaren voor een volledige beëindiging van alle walvisjacht en daarmee dus ook van de handel in walvisvlees door enkele landen. De handel en dus ook doorvoer van walvisvlees kan echter als zodanig niet door de IWC gereguleerd worden.

Vraag 6

Bent u bereid om maatregelen te nemen om spoedig tot een doorvoerverbod te komen, zoals doorvoerhavens in ons omliggende landen vragen en om walvisvlees niet langer toe te laten? Bent u bereid om hiertoe in overleg te treden met uw collega’s in de EU?

Antwoord 6

Zoals ik u hierboven meldde, is een formeel doorvoerverbod niet haalbaar.

Bij de IJslandse overheid is diverse keren geïntervenieerd om duidelijk te maken dat Nederland tegenstander is van de jacht op en de handel in walvissen en dat Nederland waar mogelijk bij doorvoer via Rotterdam de geringste mogelijkheid zullen aangrijpen om de doorvoer te verhinderen.

In de toetredingsonderhandelingen die IJsland met de EU voert is het opheffen van het voorbehoud dat IJsland bij het CITES verdrag heeft met betrekking tot de walvishandel, evenals de jacht zelf, een harde voorwaarde voor Nederland. Deze onderhandelingen zijn momenteel opgeschort.

Ook ga ik de mogelijkheden onderzoeken voor een «code of conduct» van de West-Europese havens en het bedrijfsleven. Doel is tot een collectieve weigering van de verscheping van walvisvlees te komen. Ik zal het voortouw nemen en mijn Europese collega’s benaderen. Op ambtelijk niveau is al overleg hierover geweest waarbij bleek dat andere landen positief tegenover mijn initiatief staan.

Binnenkort vindt er overleg met de haven van Rotterdam plaats.

Het doet mij genoegen dat ook andere organisaties dan de overheid zich inzetten om de doorvoer van walvisvlees te voorkomen.

Ik denk dat het belangrijk is om duidelijk te maken aan alle actoren in de vangst en transport van walvissen dat de Nederlandse overheid de huidige gang van zaken zeer ongewenst vindt. Dat gaat dus niet alleen IJsland en Japan aan, maar ook de havens en de reders die voor het vervoer zorgen.

Naar boven