Vragen van de leden Van Klaveren en Wilders (beiden PVV) aan de ministers van Veiligheid en Justitie en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de komst van de zoveelste geweldpredikende haatimam (ingezonden 7 mei 2013).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie), mede namens de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ontvangen 17 juni 2013) Zie Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2012–2013, nr. 2413

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Haatsjeik preekt vandaag»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2 en 4

In hoeverre deelt u de visie dat de oproep om vrouwen te stenigen, zoals sjeik Al-Mutawa doet, een gevaar vormt voor de openbare orde en veiligheid?

Bent u bereid deze islamitische geweldprediker Nederland uit te zetten en nu eindelijk eens te zorgen dat dit soort malloten, dat oproept en aanzet tot geweld, voortaan de toegang tot Nederland wordt ontzegd? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2 en 4

Ik keur elke oproep tot geweld af. Het oproepen tot geweld kan in bepaalde gevallen een gevaar vormen voor de openbare orde en veiligheid. Ik heb echter geen aanwijzingen dat genoemde persoon oproept tot geweld. Iedereen die zich in Nederland bevindt, dient zich aan de wet te houden. Waar er aanwijzingen zijn dat de wet wordt overtreden, is het aan het Openbaar Ministerie om strafbare gedragingen te vervolgen en aan de rechter om daarover een oordeel te vellen. Voor zover een persoon die naar Nederland wenst te komen voor een lezing of een conferentie, visumplichtig is, geldt dat zijn visumaanvraag wordt getoetst aan de in de Visumcode neergelegde voorwaarden. Nederland kan een persoon de toegang tot Nederland weigeren om redenen van openbare orde, binnenlandse veiligheid, de volksgezondheid of internationale betrekkingen

Vraag 3

Deelt u de mening dat de Islamitische Universiteit Rotterdam met deze uitnodiging eens te meer laat zien schadelijk te zijn voor de integratie en zo spoedig mogelijk gesloten dient te worden? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 3

Nee, deze mening deel ik niet. Het optreden van betrokken persoon heeft geen aanleiding gegeven om te veronderstellen dat de uitnodigende partij schadelijk is voor de integratie.


X Noot
1

Telegraaf, 4 mei 2013

Naar boven