Vragen van het lid Voortman (GroenLinks) aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het bericht dat 220 duizend Nederlanders zich zwaar belast voelen door mantelzorg (ingezonden 26 april 2013).

Antwoord van staatssecretaris Van Rijn (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 29 mei 2013).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht dat 220 duizend Nederlanders zich zwaar belast voelen door mantelzorg?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening dat mantelzorgers een belangrijke functie vervullen door intensief en langdurig voor hun zieke familieleden of vrienden te zorgen?

Antwoord 2

Ja, ik vind dat mantelzorgers een zeer belangrijke functie vervullen. En ik waardeer hun inzet zeer.

Vraag 3

Kunt u aangeven wat de belangrijkste oorzaken voor overbelasting zijn, daar 14 procent van alle mantelzorgers zich tamelijk belast tot zwaar belast voelt?

Antwoord 3

Uit de Gezondheidsmonitor blijkt dat mantelzorgers die zich zwaar belast voelen gemiddeld meer uren zorg geven dan mantelzorgers die zich niet zwaar belast voelen. Mantelzorgers die zich zwaar belast voelen geven gemiddeld 23 uur mantelzorg per week ten opzichte van gemiddeld 9 uur per week die mantelzorgers die zich niet zwaar belast voelen geven. Dit beeld wordt bevestigd door ander onderzoek, waaruit blijkt dat het aantal uur en de duur dat iemand zorgt voor een naaste voorspellers zijn van overbelasting 2.

Daarnaast is er samenhang tussen de zwaarte van mantelzorg en het ervaren van overbelasting. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om mantelzorgers van mensen met een verstandelijke beperking of van mensen met een psychiatrische problematiek3 of om mantelzorgers met een partner die dementie heeft4.

Vraag 4

Deelt u de mening dat mantelzorgers recht hebben op voldoende en goede ondersteuning?

Antwoord 4

Goede ondersteuning van mantelzorgers is erg belangrijk, zodat overbelasting kan worden voorkomen.

Vraag 5 en 6

Kunt u aangeven wat de gevolgen van de bezuinigingen op het persoonsgebonden budget en de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) zijn voor de mogelijkheden van mantelzorgers om gebruik te maken van respijtzorg en het mantelzorgcompliment?

Kunt u aangeven wat de gevolgen van de bezuinigingen op het persoonsgebonden budget, de AWBZ en de thuiszorg zullen zijn op de verwachte belasting van mantelzorgers?

Antwoorden 5 en 6

Vanaf 2012 is het beleid ingezet om de uitgavengroei in de pgb-regeling in de AWBZ te beperken. Personen die als gevolg hiervan niet meer voor een pgb kunnen kiezen, behouden de mogelijkheid om hun AWBZ-indicatie in de vorm van zorg in natura te verzilveren. Daardoor hoeft dit ingezette beleid niet tot een extra beroep op mantelzorg te leiden.

Per 1 januari 2015 krijgen gemeenten in het kader van de hervorming van de langduriger zorg een brede verantwoordelijkheid voor de ondersteuning van burgers die beperkt kunnen participeren. Wat ik beoog met de hervorming in de langdurige zorg is een kwaliteitsverbetering, een nieuw perspectief op de ondersteuning. Daarbij gaat het om uitgaan van wat mensen nog wel kunnen, waarbij kwaliteit van leven voorop staat. Vervolgens goed kijken naar wat het eigen sociale netwerk kan betekenen en, indien nodig, het organiseren van de hulp dichtbij. Ik ga dus uit van wat mensen informeel kunnen organiseren. De professionele ondersteuning sluit daar vervolgens aanvullend op aan.

Daarnaast betekent de hervorming van de langdurige zorg ook dat de uitgavengroei wordt beperkt. De bijbehorende budgetten worden met een korting overgeheveld naar gemeenten.

Gemeenten zijn er zeer bij gebaat de ondersteuning van mantelzorgers goed te organiseren, zodat mantelzorgers het goed vol kunnen houden. In het gesprek met de cliënt zal de gemeente ook de belastbaarheid, de behoeften en mogelijkheden van de mantelzorger en het sociale netwerk betrekken.

Het mantelzorgcompliment is echt bedoeld als waardering. Vanwege de hervorming van de langdurige zorg neemt het aantal rechthebbenden per 1 januari 2015 fors af. Omdat ik de waardering van mantelzorgers belangrijk vind, kom ik met een alternatief hiervoor.

Vraag 7

Welke maatregelen wilt en kunt u nemen om de druk op mantelzorgers te verlagen en overbelasting te voorkomen?

Antwoord 7

Door in te zetten bij gemeenten op eerdere ondersteuning van mantelzorgers. Het gesprek biedt hier goede mogelijkheden voor. Door niet alleen te kijken naar wat iemand samen met de eventuele mantelzorger zelf kan, maar ook goed te kijken wat het sociale netwerk kan doen eventueel aangevuld met ondersteuning van de gemeente, kan overbelasting worden voorkomen. Bijvoorbeeld door het bieden van respijtzorg, zodat mantelzorgers even op adem kunnen komen. In de transitie van AWBZ naar Wmo wordt veel aandacht besteed aan ondersteuning van gemeenten op het gebied van informele zorg, bijvoorbeeld door het uitbrengen van handreikingen.

Ook het goed kunnen combineren van werk en mantelzorg is van belang. Ik ben op het moment in overleg over een driejarig programma rond het stimuleren van werkgevers voor een betere combinatie van werk en mantelzorg.

Het nieuwe perspectief op de zorg zoals ik die in mijn brief over de hervorming van de langdurige zorg heb geschetst, vraagt ook wat van de professionals. Daarom zal aandacht worden besteed aan scholing, zodat het samenspel tussen formele en informele zorg kan verbeteren en professionals beter en tijdig mantelzorgers ondersteunen. Het Expertisecentrum Mantelzorg maakt dit jaar op mijn verzoek een actieplan rond scholing.


X Noot
2

Boer, A. de, M. Broese van Groenou, J. Timmermans (red.) (2009). Mantelzorg. Een overzicht van de steun van en aan mantelzorgers. Den Jaag: SCP.

X Noot
3

Wittenberg Y., M.H. Kwekkeboom en A.H. de Boer (2012). Bijzondere mantelzorg; ervaringen van mantelzorgers van mensen met een verstandelijke beperking of psychiatrische problematiek. Den Haag: SCP.

X Noot
4

Peeters J., A. de Boer, J. Meerveld, M. de Klerk (2012). Problemen van mantelzorgers bij dementie stapelen zich op. In: TVZ, tijdschrift voor Verpleegkundigen nr. 3, blz 63–67.

Naar boven