Vragen van het lid Hilkens (PvdA) aan de minister van Veiligheid en Justitie over de aanpak van georganiseerde wietteelt (ingezonden 18 april 2013).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 24 mei 2013) Zie Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2012–2013, nr. 2278

Vraag 1

Kent u het bericht «Aanpak wietcriminaliteit faalt» en de daarbij behorende tv-rapportage?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Bevat het bericht of de rapportage feitelijke onjuistheden? Zo ja, waar bestaan die uit?

Antwoord 2

Een groot deel van de reportage betrof interviews met slachtoffers en verhuurbemiddelaars over individuele gevallen. Over de juistheid van de door hen aangedragen informatie kan ik niet oordelen. Ik beperkt mij daarom tot hetgeen over het verslag van de expertmeeting wordt gezegd. Hoewel niet feitelijk onjuist, is wel selectief uit het verslag geciteerd.

Vraag 3

Kent u het in de reportage genoemde verslag van de Taskforce Aanpak Georganiseerde Hennepteelt van eind januari 2013? Zo ja, kunt u het voorzien van uw reactie aan de Kamer doen toekomen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

Het in de Zemblarapportage genoemde verslag betreft een verslag van de expertmeeting van de Taskforce Aanpak Georganiseerde Hennepteelt. In het verslag wordt gedetailleerd ingegaan op speerpunten van de Taskforce voor de komende periode. Deze houden mede verband met de goedkeuring op afzienbare termijn van het onlangs door de Tweede Kamer aangenomen wetsvoorstel2 dat voorbereidingshandelingen gericht op hennepteelt strafbaar stelt. Het is niet in het belang van de aanpak van de cannabisteelt als bekend wordt welke acties er wanneer zijn te verwachten.

Vraag 4

Klopt de in het bericht aangehaalde conclusie dat het klassieke doorrechercheren door de politie/justitie na het aantreffen van een kwekerij om op die manier de organisatie erachter aan te pakken in de praktijk niet of onvoldoende blijkt te werken? Zo ja, hoe komt dat? Zo nee, welke concrete resultaten heeft de taskforce behaald?

Antwoord 4

Uit de praktijk blijkt dat een integrale aanpak vaak effectiever is dan een puur strafrechtelijke aanpak. Door te bepalen welke overheidsorganisatie(s) het meest effectief het veiligheidsprobleem kan aanpakken, de criminele organisatie kan afbreken of barrières kan opwerpen, zijn we succesvoller. Binnen deze integrale aanpak kan doorrechercheren een heel nuttig instrument zijn. De Taskforce Aanpak Georganiseerde Hennepteelt levert sinds 2008 een ondersteunende bijdrage aan de aanpak van hennepteelt. Voorbeelden van die bijdragen zijn:

  • het ontwikkelen van een standaard werkwijze voor de ontmanteling van hennepkwekerijen, het doorrechercheren naar achterliggende criminele samenwerkingsverbanden en het ontnemen van crimineel vermogen;

  • de rechterlijke macht voorlichten over de ernst en de gevaren van hennepteelt door middel van een nagebootste hennepkwekerij;

  • organisaties die bewust of onbewust hennepteelt faciliteren aanschrijven om hen hiervan bewust te maken;

  • burgers bewust maken van de gevaren van hennepteelt in woonhuizen, zoals brandgevaar, en van de noodzaak om dit te melden bij de politie.

Vraag 5

Zijn er capaciteitsproblemen bij politie en justitie bij de aanpak van georganiseerde wietteelt? Zo ja, waar bestaan die problemen uit en hoe worden ze opgelost? Zo nee, waar is het in het bericht gestelde dan op gebaseerd?

Antwoord 5

Er is geen sprake van capaciteitsproblemen bij politie en justitie, al is de capaciteit uiteraard niet onbeperkt. Het doel van de in antwoord op vraag 2 genoemde expertmeeting was om de beschikbare kennis en capaciteit van de politie zo slim mogelijk in te zetten.


X Noot
2

Wetvoorstel tot wijziging van de Opiumwet in verband met de strafbaarstelling van handelingen ter voorbereiding of vergemakkelijking van illegale hennepteelt (wv 32842)

Naar boven