Vragen van het lid Dijkhoff (VVD) aan de ministers van Veiligheid en Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht «Angst om lot jihadtieners» (ingezonden 19 april 2013).

Mededeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie), mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 15 mei 2013)

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Angst om lot jihadtieners» en «AIVD: geen aanwijzing ronselen jihadstrijders»?1

Vraag 2

Hoeveel meldingen van bezorgde ouders over naar Syrië vertrokken kinderen zijn bij politie en inlichtingendiensten binnengekomen?

Vraag 3

Zijn deze meldingen in ieder individueel geval onderzocht? Wat is daarmee gebeurd? Hoe beoordeelt u deze afwikkeling?

Vraag 4

Hoe beoordeelt u de bewering van deze ouders dat er «niets spontaans» is aan het vertrek van de jongeren?

Vraag 5

Hoe beoordeelt u de uitspraken van de geciteerde hoogleraar terrorisme en contraterrorisme dat er sprake zou zijn van een «op z’n minst semigeorganiseerd» vertrek van jongeren naar het front?

Vraag 6

Heeft u aanwijzingen dat de jongeren ondersteuning en hulp krijgen voor hun vertrek naar en verblijf in Syrië?

Vraag 7

Komt de uitspraak van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) dat er in Nederland niet actief geronseld wordt voor de strijd in Syrië voort uit onbekendheid met de signalen van de in de artikelen geciteerde ouders? Zo ja, hoe heeft dit kunnen gebeuren? Zijn er ook nog andere kwesties waarin de AIVD over onvoldoende informatie beschikt?

Vraag 8

Zijn er aanwijzingen dat deze jongeren na hun vertrek uit Nederland in Egyptische, dan wel buitenlandse, trainingskampen worden voorbereid op de gewapende strijd? Welke training ondergaan de jongeren in deze kampen?

Vraag 9

Is hierover contact opgenomen met buitenlandse inlichtingendiensten? Welke maatregelen hebben buitenlandse inlichtingendiensten genomen? Wordt informatie van deze diensten met betrekking tot deze Nederlandse jongeren gedeeld met de AIVD?

Vraag 10

Is er tussen België en Nederland contact geweest naar aanleiding van de recente actie van het Belgische Openbaar Ministerie waarbij jihad-ronselaars werden aangehouden? Wat kan Nederland hiervan leren?

Vraag 11

Welke maatregelen neemt u naar aanleiding van deze vragen? Wat ziet u in dat verband in de in de eerdere vragen gedane suggestie om te komen tot een vorm van een omgekeerd inreisverbod?

Mededeling

Hierbij bericht ik u, mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, dat de schriftelijke vragen van het lid Dijkhoff (VVD) over het bericht «Angst om lot jihadtieners» (ingezonden 19 april 2013) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven