Vragen van de leden Van Klaveren, Bontes en Wilders (allen PVV) aan de ministers van Veiligheid en Justitie en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de enorme toename van het aantal «Nederlandse» jihadisten (ingezonden 27 maart 2013).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (ontvangen 1 mei 2013) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2012–2013, nr. 1999

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Zicht kwijt op vloedgolf jihadisten»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Heeft u zicht op het aantal moslims uit Nederland dat elders in de wereld strijdt in het kader van de islamitische heilige oorlog? Zo nee, op welke wijze gaat u dit inzichtelijk maken?

Antwoord 2

Ja, de AIVD houdt zoveel mogelijk zicht op Nederlandse jihadisten binnen en buiten Nederland.

Vraag 3

Hoeveel van de jihadisten die bekend zijn, hebben een dubbele nationaliteit? Om welke nationaliteiten gaat het?

Antwoord 3

Ik kan in het openbaar geen concrete mededelingen doen over aantallen of individuele gevallen. Ik kan u wel meedelen dat de overgrote meerderheid van de bedoelde personen naast de Nederlandse nationaliteit ook over een tweede nationaliteit beschikt en bij deze personen gaat het vooral om de Marokkaanse en Turkse nationaliteit.

Vraag 4

In hoeverre erkent u dat de islam het concept jihad leert en opdraagt aan haar volgelingen?

Antwoord 4

Ik constateer dat binnen de brede islamitische traditie uiteenlopende definities, randvoorwaarden en doelstellingen bestaan rond het begrip jihad, maar doe geen algemene uitspraken over een godsdienst.

Vraag 5

Deelt u de visie dat jihadisten beschouwd kunnen worden als terroristen en op die grond, in geval van een dubbele nationaliteit, dienen te worden gedenaturaliseerd en vervolgens het land te worden uitgezet?

Antwoord 5

Bij personen die in bezit zijn van de Nederlandse nationaliteit kan het Nederlanderschap worden ingetrokken als de betrokkene onherroepelijk is veroordeeld wegens een terroristisch misdrijf. Voorwaarde is dat de betrokkene naast de Nederlandse nationaliteit ook nog een andere nationaliteit bezit. Intrekking is niet mogelijk als staatloosheid daarvan het gevolg is.


X Noot
1

Telegraaf, 26 maart 2013

Naar boven