Vragen van het lid Leijten (SP) aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over mantelzorgers die zorgen in instellingen (ingezonden 20 juli 2012).

Antwoord van staatssecretaris Veldhuijzen van Zanten-Hyllner (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 8 oktober 2012) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 3201

Vraag 1, 2, 3 en 5

Wat is uw reactie op het artikel «Merendeel mantelzorgers zorgt ook in verpleeghuis»?1  Wilt u uw antwoord toelichten?

Wat vindt u van de meldactie van Mezzo, de Landelijke Vereniging voor Mantelzorgers en Vrijwilligerszorg en wilt u ingaan op de resultaten van deze meldactie?1

Deelt u de mening dat de resultaten van de meldactie schokkend zijn en bent u bereid een landelijk onderzoek in te stellen naar mantelzorgers die zorgtaken moeten doorzetten in zorginstellingen?

Vindt u het verantwoord dat mantelzorgers zich verplicht voelen om zorgtaken te vervullen als wassen, douchen, toiletgang, eten en drinken en zelfs medicijnen geven aan hun naaste in een zorginstelling? Wilt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 1, 2, 3 en 5

Ik ben een warm voorstander van (het bevorderen van) een grotere betrokkenheid van familie bij de ondersteuning van bewoners van zorginstellingen. De inbreng van familie en mantelzorgers is altijd vrijwillig en in aanvulling op de basiszorg. Zij voegen extra kwaliteit van leven toe. Veel mantelzorgers hebben bepaalde taken in de thuissituatie al op zich genomen en willen dat graag ook blijven doen in het verpleeghuis. Ik betreur dat er blijkbaar mantelzorgers zijn die zich daartoe verplicht voelen. De zorgplanbespreking is daarom bij uitstek een goed moment om expliciet ook over de bijdrage van de familie te spreken en daarover (op basis van vrijwilligheid) afspraken te maken. Om alle betrokken (zorgaanbieder, cliënt en familie) duidelijkheid te geven over wederzijdse verwachtingen is het goed om deze afspraken vast te leggen in het zorgplan. Het zorgplan en de daarin gemaakte afspraken over familieparticipatie kunnen regelmatig worden besproken en indien wenselijk worden bijgesteld.

Ik neem het signaal dat 37% van de respondenten deze zorg verleent omdat men zich daartoe verplicht voelt serieus evenals het signaal dat 57% van de respondenten dit doet omdat anders hun naaste tekort komt. Ik wil de resultaten van de door Mezzo georganiseerde meldactie overigens ook graag in perspectief plaatsen. Ongeveer 1 000 mantelzorgers doen mee aan het mantelzorgpanel van Mezzo. Van deze 1 000 mantelzorgers hebben 51 mensen gereageerd op de vragen van Mezzo met betrekking tot hun rol in de zorg voor naasten die in een verpleeghuis verblijven. Het bericht is dus gebaseerd op een beperkte groep mantelzorgers. Ik ga daarom eerst in overleg met ActiZ en Mezzo om een beter beeld van de situatie te krijgen. Op basis van de uitkomsten van dit overleg zal bezien welke vervolgstappen nodig zijn. Ik zie geen aanleiding voor een landelijk onderzoek.

Vraag 4, 6 en 7

Wat is uw reactie op het feit dat mantelzorgers zich verplicht voelen om hun zorgtaken door te zetten in een zorginstelling, omdat zij vinden dat hun naaste daar zorg en aandacht tekort komt? Hoe is dit te rijmen met de intensiveringsmiddelen die beschikbaar zijn voor extra personeel?

Wat gebeurt er met bewoners in zorginstellingen die geen mantelzorgers hebben? Ontvangen deze mensen mindere zorg dan mensen die wel zorg ontvangen van mantelzorgers? Bent u bereid dit te betrekken in het onderzoek waarom in vraag 3 is gevraagd?

Deelt u de vrees van mantelzorgers die zich zorgen maken om in de toekomst ook de gaten op te moeten vullen in zorginstellingen, door verdere bezuinigingen en een tekort aan personeel? Zo ja, hoe gaat u dit voorkomen?

Antwoord 4, 6 en 7

Mantelzorgers zullen nu en in de toekomst niet worden verplicht om basiszorgtaken over te nemen vanwege het gebrek aan personeel. Een verplichting verdraagt zich ook slecht met het wezen van mantelzorg, waarvoor de sociale relatie, de intrinsieke motivatie en vrijwilligheid kenmerkend zijn. De inzet van de extra middelen is juist gericht op het aantrekken van meer personeel. Mensen die geen mantelzorger hebben, ontvangen dezelfde basiszorg als mensen die wel een mantelzorger hebben. De bijdrage van mantelzorgers is altijd in aanvulling op de basiszorg en draagt bij aan het verhogen van het welzijn van bewoners.

Zie verder mijn antwoord op vraag 1, 2 en 3.


X Noot
1

Zorgvisie 17 juli 2012, «Merendeel mantelzorgers zorgt ook in verpleeghuis».

Naar boven