Vragen van het lid Helder (PVV) aan de minister van Veiligheid en Justitie over de
berichten «Commission to test the efficiency of national courts» en «Ook in uw stad
een EU rechter» (ingezonden 10 april 2013).
Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 8 mei 2013). Zie
Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2012–2013, nr. 2164
Vraag 1
Kent u de berichten en is het waar wat hierin gesuggereerd wordt?1
Antwoord 1
Ik ben op de hoogte van het bericht «Commission to test the efficiency of national
courts» en het artikel «Ook in uw stad een EU rechter», waarin een verband wordt gelegd
met de recente publicatie van de Europese Commissie van een EU Justitie Scorebord.
In tegenstelling tot hetgeen met name in het artikel «Ook in uw stad een EU rechter»
wordt gesuggereerd, betreft het een initiatief van de Commissie om op systematische
wijze gegevens te verzamelen over het functioneren van de nationale rechtssystemen,
waarbij het de lidstaten vrij staat om deze gegevens te benutten teneinde de nationale
systemen van rechtspraak te verbeteren. Van een ontwikkeling van een Europese rechterlijke
unie is naar mijn oordeel dan ook geen sprake.
Vraag 2
Deelt u de mening dat nationale lidstaten binnen de EU zelf verantwoordelijk zijn
voor het functioneren van hun rechtspraak? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Deelt u de mening dat het ronduit belachelijk is als via een Europees scoreboard gecontroleerd
wordt hoe nationale rechters omgaan met EU wetgeving voor economische groei? Zo nee,
waarom niet? Zo ja, bent u bereid dit systeem een halt toe te roepen?
Antwoord 3
Daar waar het gaat om een goed functionerende economische interne markt is het van
belang dat elke lidstaat hoge kwaliteitseisen stelt aan de kwaliteit van rechterlijke
procedures en de inrichting en werking van de rechtspraak op nationaal niveau.
Als gevolg van verschillen in de kwaliteit, efficiëntie en effectiviteit van de nationale
rechtssystemen kan het wederzijdse vertrouwen in rechterlijke uitspraken onder druk
komen te staan. Het EU Justitie Scorebord kan eraan bijdragen deze verschillen te
identificeren en lidstaten aan te moedigen om verbeteringen aan te brengen in de nationale
systemen van rechtspraak.
Het EU Justitie Scorebord beoogt niet dat wordt gecontroleerd hoe nationale rechters
omgaan met EU wetgeving voor economische groei.
Vraag 4
Deelt u de mening dat de rechten van burgers in lidstaten geenszins ondermijnd worden
wanneer nationale lidstaten Europese wetgeving niet op tijd geïmplementeerd hebben?
Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Nee. De implementatie van Europese wetgeving is gestoeld op de gedachte dat deze maatregelen
bijdragen aan het vergroten van het wederzijdse vertrouwen van de EU lidstaten en
het principe van de wederzijdse erkenning. Teneinde rechtsongelijkheid tussen de EU
lidstaten te voorkomen en de Europese rechten van burgers in alle lidstaten voldoende
te waarborgen, is het van belang dat alle lidstaten Europese wetgeving tijdig implementeren.
Vraag 5
Deelt u de mening dat door een dergelijk systeem de nationale onafhankelijke rechtspraak
uitgehold wordt? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5
Nee. Met de Europese wetgeving wordt onder meer beoogd de werking van de interne markt
van de Europese Unie te verbeteren door het bijvoorbeeld voor burgers en bedrijven
eenvoudiger te maken om hun recht te halen in een andere lidstaat in het geval van
een grensoverschrijdend conflict. Bij dit uitgangspunt wordt het nationale systeem
van rechtspraak ongemoeid gelaten.
Vraag 6
Deelt u de mening dat dit systeem, waarbij wordt gekeken hoe «EU-proof» rechters zijn,
wéér een stapje in de richting van één Europees rechtssysteem is? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Nee. Het systeem biedt lidstaten een instrument aan waarmee deze – op vrijwillige
basis – de nationale rechtssystemen kunnen verbeteren door bijvoorbeeld efficiëntere
civiele rechterlijke procedures te introduceren en te investeren in de kwaliteit en
de effectiviteit van de rechtspraak. Het gaat hierbij niet om toetsing van rechters.
Vraag 7
Bent u bereid maatregelen te treffen, of in ieder geval bij uw collega-ministers aan
te kaarten dat Nederland afstand neemt van dit belachelijke systeem? Zo nee, waarom
niet?
Antwoord 7
Nee, aangezien ik het nut en de noodzaak van een dergelijk instrument onderschrijf.