Vragen van het lid Thieme (PvdD) aan de ministers van Volksgezondheid, Welzijn en
Sport, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, en van Infrastructuur en Milieu
en de staatssecretaris van Economische Zaken over een vergunning voor de omstreden
geitenstal in Landerd (ingezonden 29 maart 2013).
Mededeling van minister Schultz van Haegen-Maas Geesteranus (Infrastructuur en Milieu)
mede namens de ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties, alsmede namens de staatssecretaris van Economische Zaken
(ontvangen 16 april 2013)
Vraag 1
Kunt u bevestigen dat de bouw van de omstreden geitenstal in de gemeente Landerd alsnog
doorgaat en gedetailleerd uiteenzetten op grond waarvan besloten is dat de bouw toch
door mag gaan?1
Vraag 2
Kunt u aangeven hoe de toestemming voor het vervolg van de bouw zich verhoudt tot
de eerdere schorsing van de bouwvergunning2, de bouwstop van geiten- en schapenhouderijen in Noord-Brabant, daaraan gerelateerde
bevoegdheden van de gemeente en het onjuist handelen van de gemeente ten tijde van
de vergunningverlening?3
Vraag 3
Kunt u uiteenzetten op basis waarvan is besloten dat de bouw van de geitenstal niet
in strijd is met het algemeen belang, en welke belangen hierin en op welke manier
zijn meegewogen?
Vraag 4
Deelt u de mening dat volksgezondheid een belangrijk aspect is van het algemeen belang,
en dat geiten- of schapenhouderijen een extra risico vormen voor de volksgezondheid,
zoals ook de Gezondheidsraad in zijn rapport van 30 november 2012 concludeert? Zo
ja, hoe is het belang voor de volksgezondheid meegenomen in de afweging, om niet tot
vernietiging van de bouwvergunning over te gaan? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Kunt u aangeven of en hoe bij de beoordeling het provinciaal belang is meegewogen,
en toelichten waarom er bij de uiteindelijke beoordeling voorbij is gegaan aan het
provinciaal belang?
Vraag 6
Deelt u de mening dat de provincie Noord-Brabant terecht een bouwstop heeft ingesteld,
en dat deze bouwstop zwaar moet worden meegenomen in de besluitvorming rond de bouwvergunning?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 7
Kunt u uitleggen waarom het verzoek tot vernietiging van de bouwvergunning is afgewezen,
terwijl er nog geen kabinetsreactie is op het rapport van de Gezondheidsraad over
gezondheidsrisico’s rond veehouderijen, en waarom er niet is gewacht met het nemen
van een beslissing totdat de kabinetsreactie er is?
Vraag 8
Bent u bereid de bouwvergunning alsnog te schorsen, en pas een definitieve uitspraak
te doen wanneer de kabinetsreactie op het rapport van de Gezondheidsraad klaar is?
Zo nee, waarom niet?
Vraag 9
Is er bij de heroverweging van de vergunning overleg geweest met de minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport en de staatssecretaris van Economische Zaken over de risico’s van
de komst van de geitenstal? Zo ja, welke risico’s zijn meegenomen, en wat hebben de
betrokken bewindspersonen geadviseerd? Zo nee, waarom niet? Bent u bereid alsnog met
andere betrokken bewindspersonen te overleggen?
Vraag 10
Bent u bereid in overleg met alle betrokken bewindspersonen inzake deze kwestie alsnog
tot vernietiging van de vergunning over te gaan? Zo nee, waarom niet?
Mededeling
Mede namens de ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties, alsmede namens de staatssecretaris van Economische Zaken,
laat ik u hierbij weten dat de vragen gesteld namens de PvdA (2013Z06245) en de PvdD (2013Z06366) van respectievelijk 28 en 29 maart jl., niet binnen de daartoe gebruikelijke termijn
van drie weken beantwoord kunnen worden.
De reden is dat verschillende partijen veel vragen over deze kwestie hebben gesteld
en dat voor de beantwoording interdepartementale afstemming noodzakelijk is.
X Noot
3ANP, 20 maart 2013, Landerd had meer moeten doen tegen geitenstal.