Vragen van de leden Schouten en Dik-Faber (beiden ChristenUnie) aan de staatssecretarissen van Financiën en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het meetellen van het persoonsgebonden budget in box 3 (ingezonden 15 maart 2013).

Mededeling van staatssecretaris Weekers (Financiën) (ontvangen 5 april 2013).

Vraag 1

Bent u ermee bekend dat het persoonsgebonden budget (PGB) dat op 1 januari op een aparte rekening staat, wordt meegeteld bij de bezittingen dan wel schulden in box 3?

Vraag 2

Bent u ermee bekend dat als gevolg van het later uitbetalen van zorgverleners en het tegelijkertijd vroeg overmaken van een PGB-voorschot door het Zorgkantoor het saldo op deze aparte berekening behoorlijk kan oplopen?

Vraag 3

Deelt u de mening dat het PGB-voorschot geen vermogen is, maar bedoeld is om zorg in te kopen en als zodanig niet meegeteld mag worden voor de vermogensrendementsheffing?

Vraag 4

Deelt u de mening dat er in dit kader een ongelijke situatie ontstaat in vergelijking met mensen die zorg in natura ontvangen?

Vraag 5

Kunt u aangeven hoeveel mensen jaarlijks vermogensrendementsheffing moeten afdragen als gevolg van het meetellen van het PGB bij het vermogen?

Vraag 6

Deelt u de mening dat het onredelijk is dat het PGB wordt meegeteld bij de vaststelling van de eigen bijdrage in het kader van de vermogensinkomensbijtelling? Hoeveel PGB-houders hebben hier mogelijk mee te maken?

Vraag 7

Gaat u onderzoeken op welke wijze het PGB buiten de vermogensrendementsheffing en de vermogensinkomensbijtelling kan worden gehouden? Zo ja, op welke wijze en op welke termijn? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Hierbij bericht ik u dat de schriftelijke vragen van de leden Schouten en Dik-Faber (beiden ChristenUnie) over het meetellen van het persoonsgebonden budget in box 3, ingezonden op 7 maart 2013, niet binnen de gestelde termijn beantwoord kunnen worden. Dit in verband met de benodigde afstemming met de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Naar boven