Vragen van de leden Recourt en Groot (beiden PvdA) aan de ministers van Veiligheid en Justitie en van Financiën over de werkwijze van gerechtsdeurwaarders (ingezonden 20 juli 2012).

Antwoord van staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie), de minister van Financiën en de staatssecretaris van Financiën (ontvangen 28 september 2012). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 3145 .

Vraag 1

Bent u ermee bekend dat gerechtsdeurwaarders bij het innen van vorderingen eerst de eigen kosten verhalen, dan de rente en ten slotte afboeken op de hoofdsom?

Antwoord

Gerechtsdeurwaarders boeken de betaling van een op een bepaalde verbintenis toe te rekenen geldsom af volgens de systematiek van artikel 6:44 BW: in de eerste plaats in mindering van de kosten, vervolgens in mindering van de verschenen rente en ten slotte in mindering van de hoofdsom (en de nog niet verschenen, lopende rente over deze hoofdsom).

Vraag 2

In het geval gerechtsdeurwaarders maandelijks de opbrengsten overmaken naar hun opdrachtgevers, ontvangen deze opdrachtgevers dan ook eerst rente over de vordering en pas daarna de aflossing op de schuld?

Antwoord

In zijn algemeenheid betalen gerechtsdeurwaarders ontvangsten van debiteuren, onder aftrek van de door de gerechtsdeurwaarder voorgeschoten kosten, zonder nadere omschrijving door aan de opdrachtgever. De opdrachtgever bepaalt hoe deze betalingen administratief worden verwerkt.

Vraag 3, 4 en 5

Staat het de opdrachtgevers vrij om door de gerechtsdeurwaarder geïncasseerde rente te boeken als afbetaling op de hoofdsom?

Wat zijn de fiscale gevolgen van het direct afboeken op de hoofdsom in plaats van het eerst opvoeren van rente-inkomsten? Is er mogelijk sprake van belastingontduiking?

Wat zijn de juridische gevolgen van dit onder vraag 4. genoemde handelen? Is er mogelijk sprake van strafbaar handelen?

Antwoord op vragen 3, 4 en 5

Ingeval rente verschuldigd is over de hoofdsom, zal de opdrachtgever deze rente moeten opnemen als vordering op de debiteur. Fiscaal gezien zal de opdrachtgever deze verschuldigde rente op grond van het zogenoemde goed koopmansgebruik tot zijn fiscale winst moeten rekenen. Als deze rente niet als fiscale winst wordt genomen, is sprake van een niet-geoorloofde verschuiving van winstneming.

Er zijn geen aanwijzingen dat ondernemers/opdrachtgevers niet overeenkomstig de gebruikelijke lijn de rente eerst als vordering opnemen en als fiscale winst boeken. De Belastingdienst zal in haar reguliere toezichtproces toezien op de juiste toepassing van het recht.

Vraag 6

Bent u op de hoogte van de omstandigheid dat ABN-AMRO in twee voorkomende gevallen direct heeft afgeboekt op de hoofdsom daar waar de deurwaarder eerst de rente-inkomsten waar deze bank aanspraak op maakt heeft geïncasseerd? Is dit de gebruikelijke gang van zaken bij deze bank?

Antwoord

Vooraf zij opgemerkt dat het de verantwoordelijkheid van een private partij is om op de juiste wijze om te gaan met de regels die gelden voor opdrachtgevers indien zij gerechtsdeurwaarders inschakelen. Ten behoeve van de beantwoording van uw vraag is navraag gedaan bij ABN AMRO. Zij hebben laten weten dat het voor hen onduidelijk is op welke specifieke zaken wordt gedoeld, en dat zij als gevolg daarvan de vraag niet concreet kunnen beantwoorden. Nog los daarvan geldt dat ABN AMRO niet kan ingaan op individuele cases vanwege de vertrouwelijkheid van de bank-klantrelatie.

Wel kan ABN AMRO op hoofdlijnen aangeven wat haar werkwijze bij de incasso van vorderingen op retail en mkb klanten in het algemeen is. De bank berekent over haar vorderingen periodiek debetrente. De bank is bevoegd dit bedrag ten laste van de rekening te boeken. In dat geval is het rentebedrag opgenomen in het saldo op de rekening, waarover in een volgende periode opnieuw rente verschuldigd is of ontvangen wordt. Geïncasseerde bedragen worden in mindering gebracht op een negatief saldo op de rekening.

Bij een vordering die ter incasso is overgedragen aan een gerechtsdeurwaarder, stopt over het algemeen de renteberekening bij de bank en wordt deze overgenomen door de deurwaarder. Omdat ontvangsten in de regel ook bij de deurwaarder binnenkomen en niet langer bij de bank, is eerstgenoemde partij op dat moment vaak degene die het beste inzicht heeft in de exacte hoogte van de openstaande vordering. Gerechtsdeurwaarders dienen tot slot hierbij in principe uit te gaan van de hoofdregel dat ontvangsten in eerste instantie in mindering strekken op de kosten (van de betaling), daarna op de rente en in laatste instantie op de hoofdsom.

Vraag 7

Zijn er ook andere banken en/of financieringsinstellingen die op deze wijze boekhouden? Zo ja, welke?

Antwoord

Er zijn geen indicaties dat hiervan sprake is.

Vraag 8

Wat zijn hiervan de gevolgen voor de belastinginkomsten van de staat?

Antwoord

Nu er geen aanwijzigen zijn dat ondernemers/opdrachtgevers niet tijdig de winst verantwoorden, zijn er geen gevolgen voor de belastinginkomsten van de staat.

Vraag 9

Is nader fiscaal en strafrechtelijk onderzoek geïndiceerd?

Antwoord

Nee.

Vraag 10

Wat is de stand van zaken van het door het Bureau Financieel Toezicht te verrichten onderzoek naar de berekende rente door incassobureaus? Op welke manier kan in dit onderzoek de wijze waarop banken en financieringsinstellingen rente-inkomsten uit incasso opvoeren worden betrokken?

Antwoord

In januari 2012 is het Bureau Financieel Toezicht (BFT) gestart met een verkennend onderzoek naar renteberekening door gerechtsdeurwaarders. De concept-rapportage is voorgelegd aan de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG) en het Ministerie van Veiligheid en Justitie. De reacties op deze consultatie gaven het BFT aanleiding voor beperkt vervolgonderzoek, waarin nader wordt ingegaan op de mogelijke onjuiste renteberekeningmethode in softwarepakketten bij individuele gerechtsdeurwaarderskantoren. Naar verwachting zal het gehele onderzoek eind oktober zijn afgerond. In het onderzoek zal de wijze waarop banken en financieringsinstellingen rente-inkomsten uit incasso opvoeren niet worden betrokken. Een dergelijk onderzoek is te ver verwijderd van de wettelijke taak van het BFT.

Naar boven