Vragen van de leden Oskam en Omtzigt (beiden CDA) aan de ministers van Veiligheid en Justitie en van Buitenlandse Zaken over resolutie 838 van het Huis van Afgevaardigden van de Verenigde Staten, die voor een deel gaat over vermeende mensenrechtenschendingen in Turkije en Nederland (ingezonden 10 januari 2013).

Mededeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) mede namens de minister van Buitenlandse Zaken (ontvangen 30 januari 2013).

Vraag 1

Heeft u kennisgenomen van resolutie 838 van het Huis van Afgevaardigden, die voor een deel gaat over vermeende mensenrechtenschendingen in Turkije en Nederland?1

Vraag 2

Kunt u voor elk van de aangegeven punten in de resolutie afzonderlijk aangeven of ze waar is of niet?

Vraag 3

Kunt u aangeven of de Turkse en/of Nederlandse autoriteiten serieus onderzoek doen naar elke beschuldiging waarvan niet onmiddellijk duidelijk is of hij klopt of niet? Op welke wijze vindt dat onderzoek plaats en worden getuigen gehoord?

Vraag 4

Bent u bereid om naar aanleiding van de antwoorden op eerdere vragen2, aan de Nederlandse ambassadeur in Washington D.C. te vragen een nadere brief te schrijven aan het lid van het Amerikaanse Congres Pitts, waarin hij zeer precies uiteenzet wat de juridische status van het zogenaamde grondige onderzoek (thorough investigation) was, waarnaar hij verwees in zijn brief van 17 augustus 2012?

Vraag 5

Kunt u aangeven wie vanuit de Nederlandse overheid uitgenodigd waren om aanwezig te zijn bij de bijeenkomst en wie precies aanwezig waren?3

Vraag 6

Kloppen de berichten dat de mannen die aangifte deden in Turkije bedreigd worden?4 Welke stappen zult u, mogelijk in samenwerking met de Turkse autoriteiten nemen, zodat zij niet meer bedreigd worden?

Mededeling

Hierbij bericht ik u, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken, dat de schriftelijke vragen van het leden Oskam en Omtzigt (beiden CDA) over resolutie 838 van het Huis van Afvaardigen van de Verenigde Staten, die voor een deel gaat over vermeende mensenrechtenschendingen in Turkije en Nederland (ingezonden 10 januari 2013) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven