Vragen van de leden Van Klaveren, Helder en Wilders (allen PVV) aan de minister van Veiligheid en Justitie over de moskee als toevluchtsoord voor schietende criminelen (ingezonden 2 januari 2013).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 23 januari 2013)

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Groep mannen vlucht moskee Rotterdam in»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Klopt het dat een groep mannen de Anadolu moskee is ingevlucht na een ruit kapot te hebben geslagen en in de lucht te hebben geschoten?

Antwoord 2

Het betreffende incident was een vechtpartij, waarbij een raam werd vernield. Twee getuigen zagen hierna twee mannen een pand in vluchten. Eén van de mannen had een vuurwapen bij zich en één van de getuigen zag dat er met het vuurwapen werd geschoten. Het gebouw waarin de mannen zijn gevlucht betreft niet de moskee, maar een bijgebouw, waarin onder andere een bibliotheek en een kapper zijn gevestigd. Het pand is geen Godshuis/gebedsruimte.

Vraag 3

Is de politie de moskee binnengegaan om de vermoedelijke daders zo snel mogelijk op te pakken? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 3

Alle personen die zich in het betreffende gebouw bevonden, zijn op verzoek van de daar aanwezige medewerkers naar buiten gekomen en aangehouden. De politie nam daarna echter nog steeds beweging in het pand waar. Hierop is met toestemming van het dienstdoende lid van de korpsleiding tevens districtschef en de gemandateerde van de hoofdofficier van justitie het Aanhoudings- en Ondersteuningsteam ingezet. Dit team is ter aanhouding het pand binnengetreden en heeft vervolgens niemand aangetroffen.

Vraag 4

Deelt u de visie dat een moskee nooit een toevluchtsoord mag zijn voor verdachten?

Antwoord 4

Ja. Wanneer er in strafvorderlijk opzicht voldoende reden is om binnen te treden en voldaan is aan de daarvoor geldende wettelijke voorwaarden, dan bestaan voor het binnentreden van moskeeën en andere gebedshuizen in beginsel geen beperkingen. Wel zal, buiten heterdaad, niet een ruimte worden betreden waar op dat moment godsdienstoefening gaande is (artikel 12, onderdeel b, Algemene wet op het binnentreden).

Vraag 5

Bent u bereid de betreffende moskee te sluiten? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Nee. De eventuele sluiting van een moskee is een gemeentelijke bevoegdheid.

Naar boven