Vragen van het lid Lucassen (PVV) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de benoeming tot gedeputeerde van een wegens corruptie en fraude vervolgde politicus op Bonaire (ingezonden 14 september 2011).

Antwoord van minister Donner (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 28 oktober 2011).

Vraag 1

Is het waar dat op Bonaire de omstreden politicus Burney Elhage is benoemd tot gedeputeerde?

Antwoord 1

Ja. In de openbare vergadering van 12 september 2011 heeft de eilandsraad van het openbaar lichaam Bonaire de heer B.F. Elhage benoemd tot eilandgedeputeerde.

Vraag 2

Is het waar dat hij verdachte is in een omvangrijk onderzoek naar fraude en corruptie, het zogenaamde «Zambezi»-onderzoek?

Antwoord 2

Ja.

Vraag 3

Wat kunt u zeggen over de status van dit onderzoek? Is het waar dat het onderzoek nog niet is afgesloten en dat deze gedeputeerde dus nog steeds wegens fraude en corruptie vervolgd kan worden?

Antwoord 3

Het onderzoek is per 1 november 2010 op last van een beschikking van de rechter-commissaris op Bonaire d.d. 8 juni 2010 gestaakt. Hieropvolgende is door de Bonairiaanse Stichting Bon Gobernashon geklaagd bij het Gemeenschappelijk Hof van Justitie. Het Hof heeft de Stichting ontvankelijk verklaard in haar klacht en heeft geoordeeld dat gelet op de bijzondere aard en de reikwijdte van het onderzoek in kwestie en het belang van onderzoek naar verdenkingen van strafbaar handelen door overheidsdienaren verder onderzoek wenselijk is. Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba heeft bij beschikking van 14 juni jl. bevolen dat het onderzoek in raadkamer wordt hervat.

Vraag 4

Is het waar dat het genoemde onderzoek eerder vooral door gebrek aan lokale capaciteit werd afgebroken?

Antwoord 4

Oorzaak hiervan waren de complexiteit van het onderzoek en de door de rechter-commissaris gestelde tijdslimiet waarbinnen onderzoeksresultaten dienden te worden gepresenteerd.

Vraag 5

Acht u het uitgesloten dat deze bestuurder van een Nederlandse gemeente alsnog voor deze feiten wordt veroordeeld?

Antwoord 5

Nu het onderzoek op last van het Hof dient te worden hervat acht ik het niet gepast hier een uitspraak over te doen.

Vraag 6

Bent u vooraf op de hoogte gesteld van zijn benoeming? Hoe beoordeelt u de benoeming tot gedeputeerde van een persoon die als verdachte aangemerkt is (geweest) in een grote fraude- en corruptiezaak?

Antwoord 6

Voorafgaand aan de eilandsraadvergadering van 12 september 2011, heeft de gezaghebber van Bonaire de Rijksvertegenwoordiger geïnformeerd over de voorgenomen benoeming van de heer Elhage tot eilandgedeputeerde. De benoeming van een eilandgedeputeerde is primair de verantwoordelijkheid van de eilandsraad.

De Wet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba voorziet er in dat een eilandgedeputeerde binnen dertig dagen na zijn benoeming en binnen dertig dagen na zijn ontslag bij de Rijksvertegenwoordiger een nauwkeurige, schriftelijke omschrijving geeft van zijn zakelijke belangen, onroerende en roerende zaken, op geld waardeerbare rechten, alsmede vorderingen en schulden van hem en zijn echtgenoot. Deze maatregel is bedoeld om gevallen van onrechtmatige verrijking ten koste van het openbaar lichaam te voorkomen, dan wel op te sporen. Deze regeling geeft de Rijksvertegenwoordiger de mogelijkheid om het privévermogen aan het begin van de ambtsperiode te vergelijken met het privévermogen aan het einde van de ambtsperiode en aldus na te gaan of er gedurende de ambtsperiode mogelijk sprake is geweest van ongerechtvaardigde verrijking door de desbetreffende eilandgedeputeerde.

Indien de Rijksvertegenwoordiger het vermoeden heeft dat er sprake is van ongerechtvaardigde verrijking door betrokkene dient hij hiervan aangifte te doen. Dit kan voor de bevoegde autoriteiten aanleiding zijn om een strafrechtelijk onderzoek te starten naar betrokkene.

Vraag 7

Deelt u de mening dat door zijn benoeming het bestuur op Bonaire ongeloofwaardig is geworden? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Nee. Tijdens mijn werkbezoek aan Bonaire eind september jl. heb ik kennisgemaakt met het nieuwe bestuurscollege. Het is een deskundig en voortvarend college. Ik heb dan ook geen reden het eilandbestuur ongeloofwaardig te achten.

Naar boven