Vragen van het lid Marcouch (PvdA) aan de ministers van Veiligheid en Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht dat gemeenten woonwagenkampen mijden (ingezonden 21 augustus 2012).

Mededeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie), mede namens de minister Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 12 september 2012).

Vraag 1

Kent u het bericht «Gemeenten laten woonwagenkampen links liggen»?1

Vraag 2

Is het waar dat er in circa veertig gemeenten nauwelijks wordt gehandhaafd op een of meerdere woonwagenkampen? Zo ja, deelt u dan de mening dat dit ongewenst is en wat gaat u doen om dit te verbeteren? Zo nee, wat is er niet waar en over welke gegevens beschikt u?

Vraag 3

Worden er veel aangiftes gedaan door toezichthouders, ambtenaren of hulpverleners vanwege bedreiging, geweldpleging of andere delicten waarvan woonwagenbewoners worden verdacht? Zo ja, hebt u de indruk dat het aantal aangiftes disproportioneel is ten opzichte van dergelijke aangiftes gedaan tegen niet-woonwagenbewoners? Zo nee, wat zegt dat over de vermeende status van «vrijplaats» van woonwagenkampen?

Vraag 4

Is het waar dat het na een brand in Maastricht een meisje uit het woonwagenkamp geen slachtofferhulp krijgt? Zo ja, waarom is dat? Bestaan er concrete aanwijzingen dat medewerkers van slachtofferhulp onveilig zouden zijn als zij in het kamp hulp zouden verlenen?

Vraag 5

Hebt u de indruk dat agressie tegen toezichthouders, ambtenaren of hulpverleners een probleem is dat op woonwagenkampen relatief vaker voorkomt dan elders? Zo ja, kunt u dit met cijfers onderbouwen en wat gaat u hiertegen doen?

Vraag 6

Is het waar dat vrijplaatsen en een verziekte sfeer op een woonwagenkamp vooral ontstaan als een minderheid van de bewoners het voor de overgrote meerderheid van de kampbewoners verpest? Zo ja, deelt u dan de mening dat een aanpak die specifiek op die minderheid wordt gericht gewenst is? Zo nee, wat is er dan niet waar aan dat bericht?

Vraag 7

Deelt u de mening dat het doen van melding of aangifte door woonwagenbewoners zelf over misstanden op hun kampen kan bijdragen aan het terugdringen van die misstanden? Zo ja, wat gaat u doen om deze aangiftebereidheid te stimuleren? Zo nee, waarom niet?

Vraag 8

Is het waar dat gemeenten uit onvermogen of angst de problemen met woonwagenkampen liever uit de weg gaan? Zo ja, waarom is dat zo? Zo nee, waarom niet?

Vraag 9

Kent u andere vrijplaatsen dan kampen? Zo ja, welke zijn dat?

Vraag 10

In hoeverre worden, bijvoorbeeld in het kader van het programma Veilige Publieke Taak (VPT), toezichthouders, ambtenaren of hulpverleners, behalve in het omgaan met ervaren agressie, ook getraind in het voorkomen van agressie en het omgaan met potentieel moeilijke situaties?

Mededeling

Hierbij bericht ik u, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, dat de schriftelijke vragen van het lid Marcouch (PvdA) over het bericht dat gemeenten woonwagenkampen mijden (ingezonden 21 augustus 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

Volkskrant, 20 augustus 2012

Naar boven