Vragen van het lid Van Bochove (CDA) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het besluit van de voorzitter van de Staten van Curaçao om de openbare vergaderingen van de Staten van Curaçao voor onbepaalde tijd te schorsen (ingezonden 27 augustus 2012).

Antwoord van minister Spies (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 10 september 2012).

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van het besluit van de voorzitter van de Staten van Curaçao om de openbare vergaderingen van de Staten van Curaçao voor onbepaalde tijd (volgens sommige berichten tot na de verkiezingen) te schorsen?

Antwoord 1

Volgens de media heeft de voorzitter van de Staten van Curaçao de openbare plenaire vergadering van de Staten tot nader order uitgesteld en op een persconferentie direct daarna aangekondigd de Staten tot aan de verkiezingen niet meer plenair bijeen te zullen roepen. Recent heeft de statenvoorzitter ontkend dit gezegd te hebben, maar feit is dat er tot nu toe geen plenaire vergaderingen zijn geweest en deze zijn voor de komende weken ook niet uitgeschreven.

Vraag 2

Is dit besluit in overeenstemming met de wens van de meerderheid van de Staten van Curaçao of wordt de wens van die meerheid van de Staten van Curaçao hier juist ernstig genegeerd?

Antwoord 2

Op 28 augustus jl. hebben twaalf leden van de Staten van Curaçao in een brief aangegeven dat zij de gang van zaken «onaanvaardbaar, in strijd met de ongeschreven regels van het hier te lande geldend staatsrecht en aldus in strijd met de beginselen van onze democratische rechtstaat» achten. Zij verzoeken de Gouverneur van Curaçao op de kortst mogelijke termijn een raadplegingsronde te starten met als doel een interim-kabinet te vormen.

Donderdag 30 augustus jl. heeft de Gouverneur van Curaçao mr. C.M. Grüning en mr. R.P. Koeijers om een advies verzocht, alvorens hij besluit over het verzoek van de twaalf Statenleden om een interim-kabinet samen te stellen. Dit aangezien er «in zekere zin sprake is van een patstelling tussen bestuur en parlement». De heren Grüning en Koeijers is gevraagd uiterlijk 5 september 2012 het advies uit te brengen.

Vraag 3

Op basis van welke landsverordening dan wel welk artikel uit welke specifieke landsverordening of op basis van welk artikel uit het reglement van orde van de Staten van Curaçao is een dergelijk besluit van de voorzitter van de Staten, waarbij de wens van de meerderheid kennelijk ernstig wordt geschoffeerd, mogelijk?

Antwoord 3

Het voor onbepaalde tijd opschorten van Statenvergaderingen is in strijd met het Reglement van Orde van de Staten van Curaçao en vindt, voor zover ik kan nagaan, ook geen basis in enige andere landsverordening.

Vraag 4

Deelt u de opvatting dat, hoewel het hier gaat om een interne aangelegenheid van het land Curaçao, het functioneren van de (parlementaire) democratie in een land binnen het Koninkrijk ernstig in het geding is?

Antwoord 4

Het gaat hier inderdaad om een interne aangelegenheid van een autonoom land binnen het Koninkrijk.

Onduidelijk is wanneer de Staten weer bijeen zullen komen. Het besluit van de voorzitter van de Staten kan er toe leiden dat de Staten tot aan de verkiezingen niet meer bijeenkomen. In dat geval zijn de Staten ook niet in de gelegenheid eventuele begrotingswijzigingen vast te stellen naar aanleiding van de aanwijzing van de Koninkrijksregering. Bovendien zou het betekenen dat de Staten tevens hun controlerende functie ten opzichte van de regering verliezen. Het hoeft geen betoog dat dit uit democratisch oogpunt een zorgelijke en onwenselijke situatie is.

Vraag 5

Acht u het acceptabel dat er binnen het Koninkrijk landen zijn, waar het functioneren van de parlementaire democratie door een minderheid wordt geblokkeerd?

Antwoord 5

Zie antwoord vraag 4.

Vraag 6

Welke betekenis heeft het niet functioneren van de Staten van Curaçao voor de betrekkingen tussen landen binnen het Koninkrijk en in het bijzonder tussen Nederland en Curaçao?

Antwoord 6

Zoals hierboven reeds vermeld, heeft de Gouverneur van Curaçao de heren Grüning en Koeijers om een advies verzocht, alvorens hij besluit over het verzoek van de twaalf Statenleden om een interim-kabinet samen te stellen. Het is primair aan het land Curaçao om de «impasse tussen bestuur en parlement» te doorbreken. Nederland wacht de ontwikkelingen af.

Vraag 7

Bent u bereid hier, op welke wijze dan ook, betekenis aan te geven of met andere woorden: bent u bereid om, analoog aan vergelijkbare situaties tussen Nederland en landen buiten het Koninkrijk, stappen te zetten ten aanzien van Curaçao?

Antwoord 7

Zie antwoord op vraag 6.

Vraag 8

Wilt u deze vragen uiterlijk 7 september aanstaande beantwoorden?

Antwoord 8

Ja.

Naar boven