Vragen van het lid Biskop (CDA) aan de minister van Onderwijs Cultuur en Wetenschap over het versturen van rekeningen door het MBO (ingezonden 11 juli 2012).

Antwoord van minister Van Bijsterveldt-Vliegenthart (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 31 augustus 2012).

Vraag 1

Hebt u kennisgenomen van het artikel «Mbo hardleers met rekening sturen; ondanks verbod nota’s voor pasjes, ouderavond etc.»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de mening dat het onbestaanbaar is dat mbo-scholieren wederom door mbo-instellingen op hoge kosten worden gejaagd, ondanks het feit dat het de instellingen verboden is scholieren nota’s te sturen voor zaken die zij niet hoeven te betalen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 2

Het is niet acceptabel als mbo-studenten onterecht op hoge kosten worden gejaagd. Daarom heb ik in mijn brief van 11 mei 2012 met kenmerk 406 854 aan de instellingen helder gemaakt hoe de wet uitgelegd dient te worden. In de kern komt het erop neer, dat bovenop het verplichte les- en cursusgeld alleen voor extra faciliteiten een vrijwillige bijdrage gevraagd kan worden. Student en ouders kunnen deze extra faciliteiten wel of niet afnemen. Daarnaast is het denkbaar dat het bevoegd gezag aan studenten vraagt om over bepaalde onderwijsbenodigdheden te beschikken, maar daarvoor mag geen verplichte geldelijke bijdrage gevraagd worden.

De primaire verantwoordelijkheid voor het schoolkostenbeleid ligt bij het bevoegd gezag en ik verwacht van het bevoegd gezag, dat hij inzake schoolkosten en vrijwillige bijdrage conform de wet handelt.

Ik heb eerder te kennen gegeven, dat ik eraan hecht, dat scholen over het schoolkostenbeleid structureel het gesprek aangaan met studenten (en ouders). Op dit moment heeft de studentenraad alleen instemmingsrecht op de vrijwillige bijdrage. Ik ga daarom verkennen hoe ik de medezeggenschap op het punt van het schoolkostenbeleid verder kan versterken.

MBO-studenten en ouders worden door JOB middels een brochure geïnformeerd over de uitleg van de wet met betrekking tot schoolkosten in het mbo zodat zij bij het bevoegd gezag aan de bel kunnen trekken als kosten onterecht worden doorberekend.

Het toezicht op de schoolkosten en vrijwillige bijdrage wordt met ingang van het nieuwe studiejaar 2012–2013 verscherpt. De Inspectie van het Onderwijs (hierna: inspectie) zal daarbij naar redelijkheid en billijkheid handhaven. Wanneer de inspectie problemen tegenkomt, zal zij deze in ieder geval met het betrokken college van bestuur bespreken. De inspectie zal in dat geval corrigerende maatregelen vragen. Een sanctie kan getroffen worden indien dit noodzakelijk wordt geacht. De instellingen die in het Zwartboek van JOB zijn genoemd voldoen niet aan de wettelijke regels, aldus de inspectie. Zij worden dit najaar aan een hercontrole onderworpen en zonodig volgen sancties.

Vraag 3

Deelt u de mening dat het argument van de MBO Raad, die stelt dat uw waarschuwing in mei om «de regels na te leven op straffe van boetes» te laat kwam, in deze absoluut niet opgaat omdat er voldoende tijd is om ervoor te zorgen dat de regels worden nageleefd? Deelt u de mening dat de regels, zonder enige uitzondering, met ingang van het schooljaar 2012/2013 gevolgd dienen te worden en er dus geen onnodige kosten in rekening gebracht mogen worden bij scholieren? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 3

Ik verwacht van instellingen dat ze handelen conform de wet, die ik nogmaals heb uitgelegd in mijn handreiking van 11 mei jongstleden. Deze houdt op een aantal punten een verscherping in ten opzichte van de gangbare praktijk die mede gebaseerd werd op het Servicedocument van JOB en MBO Raad (2004). Het is daarom voorstelbaar, dat het bevoegd gezag het schoolkostenbeleid met ingang van het nieuwe studiejaar 2012–2013 nog niet volledig in lijn met de wet- en regelgeving heeft gebracht. De inspectie zal in haar toezicht de brief van 11 mei 2012 als uitgangspunt nemen. Als niet voldaan wordt aan de wet zal daarover worden gerapporteerd. De inspectie zal naar redelijkheid en billijkheid handhaven. Bij ernstige tekortkomingen, zoals het afhankelijk stellen van de inschrijving voor een beroepsopleiding van een andere geldelijke bijdrage dan de les- en cursusgeldwet, zal worden ingegrepen. In de gevallen waar een hercontrole plaatsvindt n.a.v. onderzoeken in het kader van het Zwartboek Schoolkosten zullen zonodig ook sancties getroffen worden.

Vraag 4

Wilt u in deze kwestie onmiddellijk ingrijpen en de Kamer hierover op de hoogte stellen?

Antwoord 4

Dit najaar voert de inspectie hercontroles uit bij de 12 mbo-instellingen uit het Zwartboek. Als de situatie opnieuw als onvoldoende wordt beoordeeld kunnen bekostigingssancties getroffen worden. De beoordeling van de inspectie zal, zoals gebruikelijk, openbaar gemaakt worden.

Wanneer de inspectie in het kader van de driejarige instellingsanalyse (De Staat van de instelling) oordeelt dat een instelling artikel 8.1.4 van de Wet educatie en beroepsonderwijs niet of in onvoldoende mate naleeft, dan volgt een hercontrole. Indien dan nog steeds in strijd met de wet wordt gehandeld, ligt het in de rede dat een sanctie zal worden toegepast.

De inspectie zal op de gebruikelijke wijze de afzonderlijke rapporten met beoordelingen van de onderzochte opleidingen openbaar maken alsook in het jaarlijkse Onderwijsverslag rapporteren over de uitkomsten van de instellingsanalyse. Ik stuur hierover geen aparte rapportage aan de Tweede Kamer.


X Noot
1

Telegraaf, 10 juli 2012.

Naar boven