Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2011-2012 | 3310 |
Zoals bouwplannen en verkeersmaatregelen.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2011-2012 | 3310 |
Wat is uw reactie op het artikel «Scholier zakt voor burgerschap»?1
Het door u aangehaalde mediabericht heeft betrekking op een internationaal onderzoek uitgevoerd in 2009 in opdracht van de International Association for the Evaluation of Educational Achievement (IEA). Het eindrapport van dit onderzoek is gepubliceerd in 20102. Op de data uit dit onderzoek is een bewerking uitgevoerd door het Joint Research Centre (JRC)en Institute for the Protection and Security of the Citizen (IPSC). Deze bewerking is gepubliceerd bij het betreffende mediabericht. Navraag bij de IEA-onderzoekers die het burgerschapsonderzoek in Nederland uitvoerden wijst uit dat zij van mening zijn dat de bewerking selectief is samengesteld en geen recht doet aan de bevindingen van het eigenlijke onderzoek naar burgerschap.
Deelt u de mening dat het teleurstellend is dat Nederlandse leerlingen op de 38e plaats staan wat betreft kennis en opvattingen rondom burgerschap?
Hoe wordt deze lage plaats volgens u veroorzaakt?
Vindt u het ook zorgelijk dat Nederlandse scholieren «extreem» worden genoemd door de onderzoekers als het gaat om hun opvattingen over gelijke rechten voor migranten? Wat gaat u hiertegen ondernemen?
In het onderzoeksrapport van 2010 bestaat de belangrijkste indicator uit een lijst van gemiddelde scores van landen op burgerschapskennis. Daar staat Nederland op de 24e plaats van de 38 landen. Bij de opvattingen over gelijke rechten voor immigranten spreekt het rapport van «een extreme positie» vanwege de positie van Nederland, samen met Vlaanderen en Engeland, onderaan de lijst3.
Het kabinet hecht eraan dat jongeren kennis hebben van onze democratische rechtsstaat en pluriformiteit en de verantwoordelijkheden die daarbij passen. Het is van belang dat jongeren maximaal de ruimte krijgen om zich te ontwikkelen en geëquipeerd zijn om volwaardig deel te kunnen nemen aan de samenleving.
In 2011 heb ik, mede naar aanleiding van de constatering van de Inspectie van het Onderwijs dat burgerschap in het onderwijs nadere aandacht behoeft, de Onderwijsraad gevraagd mij te adviseren over de vraag hoe scholen ondersteund kunnen worden bij de verdere ontwikkeling van burgerschapsonderwijs. De Onderwijsraad verwacht dit advies na de zomer te publiceren. Gezien de demissionaire status van het kabinet zal u de beleidsreactie op dit advies ontvangen van het volgende kabinet.
Bent u bereid met spoed de motie Kooiman c.s. uit te voeren, waarin wordt opgeroepen tot een versterking van het onderdeel burgerschapsvorming in het onderwijs?4 Wanneer kan de Kamer uw voorstellen tegemoet zien?
Zoals aangegeven bij de begrotingsbehandeling van het ministerie van OCW op 30 november 2011 zal de reactie op de motie Kooiman c.s. worden opgenomen in de hiervoor genoemde beleidsreactie op het advies van de Onderwijsraad over burgerschap.
Kopieer de link naar uw clipboard
zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-3310.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.