Vragen van het lid Timmermans (PvdA) aan de ministers van Buitenlandse Zaken en van Veiligheid en Justitie over de Nederlandse betrokkenheid bij het zogenaamde Gurtel anti-corruptieproces in Spanje (ingezonden 7 juni 2012).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 27 augustus 2012).

Vraag 1

Kent u de berichten in de Spaanse krant El Pais, waarin Nederland er van wordt beschuldigd al drie jaar te weigeren mee te werken aan het verstrekken van inlichtingen over bankrekeningen op de Antillen van verdachten in het beruchte Gurtelproces?

Antwoord 1

Ja, indien u doelt op het artikel «Ruz busca «el botín» holandés de Gürtel ante la inminente libertad de Correa» van 5 juni jongstleden.

Vraag 2, 4, 6, 7

Is het waar dat Nederland al drie jaar stelselmatig weigert gegevens over Antilliaanse bankrekeningen (met name op Curaçao) van verdachten van corruptie  aan de Spaanse justitie te overhandigen, ondanks aandringen van Spaanse zijde?

Zo ja, waarom werkt Nederland niet mee aan een rechtszaak die duidelijk gericht is op het vervolgen van corruptie in hoge politieke kringen in Spanje?

Zo ja, bent u bereid alsnog en onverwijld medewerking te verlenen aan de Spaanse justitie, zodat niet de indruk blijft bestaan dat Nederland meehelpt corrupte politici uit de greep van justitie te houden?

Zo nee, waarom niet?

Antwoord vraag 2, 4, 6, 7

Nee. Nederland is behulpzaam bij het uitvoeren van een rechtshulpverzoek door Spanje aan Nederland gedaan in 2008 in deze zaak. Er was aanvullende informatie uit Spanje nodig, voordat de rechtshulp kon worden verleend. De benodigde informatie is eind 2010 van de Spaanse autoriteiten ontvangen, waarna het FIOD-onderzoek kon plaatsvinden. Dit onderzoek heeft tot eind 2011 geduurd waarna de verlofprocedure bij de rechtbank is gestart welke nog niet tot een eindbeschikking is gekomen.

Het artikel in El País suggereert dat er zich belangrijke informatie bevindt op Curaçao, althans in de voormalige Nederlandse Antillen. Zoals u weet waren de Nederlandse Antillen en is Curaçao een zelfstandig land binnen het Koninkrijk. Curaçao is dus zelf verantwoordelijk voor zijn eigen opsporing en vervolging inclusief het ontvangen en uitvoeren van rechtshulpverzoeken. Spanje dient derhalve voor bewijs dat zich mogelijk in Curaçao bevindt een rechtshulpverzoek te doen aan de Curaçaose autoriteiten.

Vraag 3

Is het waar dat alle andere landen die van de Spaanse justitie een verzoek om medewerking hebben gekregen, waaronder Zwitserland, de VS, Marokko en Frankrijk, wel bereid zijn geweest die medewerking te verlenen?

Antwoord 3

Nederland heeft geen kennis over de eventuele bereidheid van andere landen om aan het Spaanse rechtshulpverzoek mee te werken. Elk land maakt zijn eigen afwegingen bij het al of niet verlenen van rechtshulp, binnen de kaders van internationale verdragen hierover.

Vraag 5

Deelt u de mening dat er ook een Nederlands belang wordt gediend als verdachten van corruptie in de Spaanse politiek kunnen worden vervolgd met een zo groot mogelijke kennis van alle feiten?

Antwoord 5

Ja.

Naar boven