Vragen van het lid Dijsselbloem (PvdA) aan de staatssecretarissen van Veiligheid en Justitie en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over toezicht op ongeboren kinderen (ingezonden 2 mei 2012).

Antwoord van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 12 juli 2012). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 2599.

Vraag 1

Kent u het bericht «Toezicht op 100 ongeborenen per jaar»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Kunt u het bericht bevestigen dat jaarlijks bijna honderd baby's nog voor hun geboorte door de kinderrechter onder toezicht worden gesteld? Zo ja, is dit aantal de afgelopen jaren veranderd? Hoeveel ongeboren kinderen werden er in 2009, 2010 en 2011 onder toezicht gesteld? Zo nee, om hoeveel ongeboren kinderen gaat het in de genoemde jaren dan wel?

Antwoord 2

De Raad voor de Kinderbescherming beschikt uitsluitend over gegevens van het aantal aangevraagde ondertoezichtstellingen voor een ongeboren kind. Het is onbekend in hoeveel zaken de rechter het verzoek onherroelijk heeft afgewezen.

 

2009

2010

2011

Aantal gevraagde rekesten

132

199

251

Vraag 3

Hoeveel kinderen werden er in 2009, 2010 en 2011 post partum bij de ouders weggenomen?

Antwoord 3

Deze informatie ligt bij de individuele bureaus jeugdzorg en wordt niet centraal geregistreerd. Deze gegevens zijn niet op geaggregeerd niveau beschikbaar.

Vraag 4

Hoeveel ouders zijn er in 2009, 2010 en 2011 permanent uit de ouderlijke macht ontzet dan wel ontheven?

Antwoord 4

Bij 29 van alle in het antwoord op vraag 2 genoemde ongeboren kinderen heeft de Raad voor de Kinderbescherming later een verzoek ingediend tot ontheffing of ontzetting uit de ouderlijke macht van de ouders.

Vraag 5

Hoe vaak komt het voor dat ouders na eerder de ouderlijke macht te hebben verloren, ook bij volgende kinderen het ouderlijk gezag verliezen?

Antwoord 5

Het registratiesysteem van de Raad voor de Kinderbescherming is gebaseerd op dossiers van kinderen en niet op ouderdossiers. Deze gegevens zijn dan ook niet beschikbaar anders dan na onevenredige inspanning op onderzoek in individuele dossiers.


X Noot
1

NRC Handelsblad, 28 februari 2012.

Naar boven