Vragen van het lid El Fassed (GroenLinks) aan de minister van Buitenlandse Zaken over wapentransport naar Syrie (ingezonden 29 mei 2012).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 25 juni 2012).

Vraag 1

Kent u het bericht «Russian arms shipment en route to Syria»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Is het waar dat een Russisch vrachtschip met wapens op 6 mei is vertrokken naar de Syrische stad Tartus en daar op 26 mei zou arriveren?

Antwoord 2

Dit kan ik niet bevestigen.

Vraag 3

Is het waar dat de secretaris-generaal van de Verenigde Naties Ban Ki-moon aan de VN-Veiligheidsraad heeft geschreven dat hij rapporten heeft gezien waarin landen worden genoemd die wapens exporteren naar het regime en gewapende groepen in Syrië? Zo ja, welke landen betreft het?

Antwoord 3

In een brief van de SGVN aan de Veiligheidsraad van 25 mei jl. staat dat de Syrische regering, naar verluidt, militair materieel en ammunitie blijft ontvangen uit andere landen en dat er ook berichten zijn over wapens die worden gestuurd naar troepen van de oppositie. Er worden geen landen genoemd.

Vraag 4

Deelt u de mening dat een effectief VN-wapenembargo tegen Syrië vereist is?

Antwoord 4

Nederland bepleit dit in internationaal verband.

Vraag 5

Deelt u de mening dat effectieve naleving van wapenembargo's ernstig te kort schiet? Kunt u dit toelichten?

Antwoord 5

Huidige EU en VN wapenembargo’s worden in het algemeen goed nageleefd. Waar geconstateerd wordt dat dat niet het geval is worden landen aangesproken op hun verantwoordelijkheden. Bovendien aarzelt de Nederlandse regering niet om, zo nodig en mogelijk, actie te ondernemen om effectieve naleving van wapenembargo’s zeker te stellen.

Vraag 6

Herinnert u zich uw antwoorden op eerdere vragen waarin u stelde dat u geen juridische, diplomatieke of andere middelen ter beschikking heeft om dergelijk vervoer van wapens tegen te houden?2

Antwoord 6

Ja.

Vraag 7 en 8

Hoe zorgt u in Europees verband voor effectieve naleving van het Europese wapenembargo tegen Syrië? Kunt u dit toelichten?

Bent u bereid in Europees verband maatregelen te nemen tegen vervoerders van wapens naar landen waarop een Europees of VN-wapenembargo van toepassing is? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 7 en 8

Het EU-wapenembargo tegen Syrië is breed en omvat naast een verbod op het verkopen en vervoeren van wapens ook een verbod op doorvoer, verzekering, herverzekering en alle mogelijke financiële steun m.b.t. wapentransporten naar Syrië. Het raakt daarom niet alleen bedrijven die wapens zouden willen exporteren naar Syrië, maar o.a. vervoerders en andere bedrijven zoals financiële instellingen en verzekeringsmaatschappijen. Nederlandse ondernemingen worden actief gewezen op het wapenembargo tegen Syrië. Nederland benadrukt in EU-verband het belang van effectieve naleving van het wapenembargo. Wanneer er aanwijzingen over concrete schendingen of ondermijning zijn, wordt actief samengewerkt met EU- en internationale partners om deze te verhinderen of te beëindigen verwijs ik u naar de brief die uw Kamer heden heeft ontvangen (BPZ-152/12).

Vraag 9

Is Nederland bereid Malta (en Cyprus) om opheldering te vragen en in EU-verband de rol van transporteurs in relatie tot wapenembargo's aan de orde te stellen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 9

Nederland vraagt in EU-verband aandacht voor de rol van transporteurs en vervoerders in de naleving van wapenembargo’s en EU partners opgeroepen om in hun contacten met vervoerders dit te benadrukken.

Vraag 10

Zou voor een Nederlandse transporteur een dergelijke vracht zonder sancties blijven of zou die transporteur onder sanctiewetgeving schuldig zijn vanwege het niet naleven van een wapenembargo? Kunt u dit toelichten?

Antwoord 10

In artikel 3 van de Sanctieregeling Syrië 2012 is het Europese wapenembargo jegens Syrië nationaal verankerd. Deze bepaling heeft op grond van de Sanctiewet 1977 werking voor alle Nederlanders, ongeacht waar zij zich bevinden. Dat betekent dat niet slechts overtreding van deze bepaling in Nederland strafrechtelijk vervolgd kan worden, maar dat ook overtreding van dit voorschrift door Nederlanders en Nederlandse ondernemingen in het buitenland strafbaar is.


X Noot
2

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 1459.

Naar boven