Vragen van de leden Elissen en De Jong (beiden PVV) aan de minister van Veiligheid en Justitie over de RET die passagiers afluistert (ingezonden 11 mei 2012).

Mededeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie), mede namens de minister van Infrastructuur en Milieu (ontvangen 1 juni 2012).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Rotterdamse RET luistert gesprekken af in trams»?1

Vraag 2

Is het waar dat de RET gesprekken afluistert? Zo ja, op welke schaal gebeurt dit? Is de RET in uw beleving bevoegd om gesprekken elektronisch af te luisteren? Zo ja, op basis waarvan?

Vraag 3

Houdt toestemming om cameratoezicht uit te voeren tevens in dat de betreffende organisatie het recht heeft om daarbij tegelijkertijd ook geluid op te nemen en vast te leggen? Zo ja, vindt u dat het publiek daartoe extra geïnformeerd zou moeten worden? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Deelt u de mening dat, naast het opnemen van beelden, het opnemen van gesprekken een extra inbreuk op de privacy vormt?

Vraag 5

Hoe worden de afgeluisterde gesprekken gebruikt en worden de gegevens ook daadwerkelijk opgeslagen? Zo ja, op welke wijze? Welke termijnen en waarborgen zijn daaraan verbonden?

Vraag 6

Gaat u nader onderzoek instellen naar aanleiding van het bericht dat de RET afluistert? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Hierbij bericht ik u, mede namens de minister van Infrastructuur en Milieu, dat de schriftelijke vragen van de leden Elissen de De Jong (beiden PVV) over de RET die passagiers afluistert (ingezonden 11 mei 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven