Vragen van het lid Kooiman (SP) aan de minister van Veiligheid en Justitie over de afhandeling van aangiften in Amsterdam (ingezonden 24 april 2012).

Mededeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 15 mei 2012).

Vraag 1

Kent u de Amsterdamse cijfers, waaruit blijkt dat met ruim tweederde van alle aangiftes in Amsterdam niets wordt gedaan?1 Wat vindt u van het feit dat in 68% van de gevallen er geen onderzoek volgt op de aangifte?

Vraag 2

Deelt u de mening dat dit een schrikbarend cijfer is en dat dit snel moet verbeteren? Hoe gaat u dat doen?

Vraag 3

Wat is de oorzaak van dit slechte cijfer? Waarom worden er zo weinig aangiftes daadwerkelijk opgepakt?

Vraag 4

Deelt u de mening van de burgemeester dat de geringe inzet na een aangifte mede te wijten is aan een tekort aan agenten? Zo ja, wat gaat u hier aan doen? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Deelt u de mening dat dit de aangiftebereidheid niet ten goede zal komen? Hoe denkt u dit tij te kunnen keren?

Vraag 6

Wat betekent de teruglopende aangiftebereidheid en het blijven liggen van zeer veel zaken voor de misdaadcijfers?

Vraag 7

Hoe staat het met het oplossingspercentage van aangiftes in de rest van Nederland? Bent u bereid dit per korps te (laten) onderzoeken? Zo nee, waarom niet?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Kooiman (SP) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over de afhandeling van aangiften in Amsterdam (ingezonden 24 april 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

«In de prullenbak», Telegraaf, 18 april 2012.

Naar boven