Vragen van het lid Timmermans (PvdA) aan de minister van Buitenlandse Zaken over 27 hongerstakers in gevangenissen in Marokko (ingezonden 11 april 2012).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 8 mei 2012).

Vraag 1

Kent u het bericht «27 hongerstakers in gevangenissen in Marokko»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wat is uw opvatting over het gegeven dat 27 politieke gevangen in hongerstaking zijn omdat zij geen eerlijk proces krijgen, gemarteld worden en mensonwaardig worden behandeld?

Antwoord 2

In algemene zin vormt de situatie in Marokkaanse gevangenissen reden tot zorg; zo ook in dit geval. De in het artikel genoemde 27 hongerstakers bevinden zich in Marokkaanse gevangenissen verspreid over het hele land en hun motieven lopen uiteen. De meeste hongerstakers vragen aandacht voor de bij hen toegepaste rechtsgang die niet zou voldoen aan de minimale processtandaarden zoals erkend in het Marokkaanse strafprocesrecht. Daarnaast wordt aandacht gevraagd voor de erbarmelijke omstandigheden en mishandelingen in de gevangenissen.

Vraag 3

Deelt u de mening dat het noodzakelijk is om een onderzoek in te stellen naar mogelijke martelingen van deze 27 gevangenen? Indien ja, bent u bereid om dit aan te kaarten bij de Marokkaanse autoriteiten? Indien nee, waarom niet?

Antwoord 3

De Marokkaanse Nationale Raad voor de Mensenrechten heeft een onderzoek naar de gebeurtenissen gestart en een bezoek aan de gevangenissen gebracht. Daarnaast vaardigde de «Directeur Generaal voor het Gevangeniswezen» van de Marokkaanse regering een instructie aan alle gevangenisdirecteuren uit om te allen tijde de in de Marokkaanse Grondwet verankerde mensenrechten te eerbiedigen.

Vraag 4

Bent u bereid om in bilateraal en EU-verband deze kwestie aan te kaarten bij de Marokkaanse regering? Indien nee, waarom niet?

Antwoord 4

Inmiddels kwamen 7 van 27 hongerstakers vrij. Daarnaast is een deel van de hongerstakers na gesprekken met lokale autoriteiten gestopt met de hongerstaking. In de mensenrechtendialoog die door de EU met Marokko wordt gevoerd in het kader van het Europese Nabuurschapsbeleid, zal de voortgang van onderzoek en actie worden besproken.


X Noot
1

ANP, 10 april 2012.

Naar boven