Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Veiligheid en Justitie over uitlatingen van een politiewoordvoerder in Den Haag (ingezonden 28 maart 2012).

Mededeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 18 april 2012).

Vraag 1

Deelt u mijn opvatting dat sprake is van tegenstrijdigheid in de uitlatingen van de woordvoerder van politie in de media, over het gebruik van een doodskist als symbool bij een protest enerzijds en de reactie van mevrouw Gesthuizen anderzijds?1

Vraag 2

Wat was de reden voor de arrestaties van mevrouw Gesthuizen en de heer M.? Welke zaken worden hen in het proces verbaal ten laste gelegd?

Vraag 3

Is voorafgaand aan hun arrestatie, tijdens hun arrestatie, tijdens hun detentie en/of tijdens het verhoor, aan de arrestanten melding gemaakt van de waarschuwing dat het symbolisch begraven van het beroep van postbode door middel van een geïmproviseerde doodskist «niet kies» zou zijn, een waarschuwing die later die middag door de woordvoerder van politie in de media is aangevoerd, en over de mogelijke rol die deze visie van de politie zou hebben gespeeld bij de arrestaties?

Vraag 4

Hoe beoordeelt u het feit dat de arrestanten na hun vrijlating geheel onverwacht werden geconfronteerd met de uitlatingen van de woordvoerder van politie in de media over het «niet kies» zijn van het gebruik van het symbool van een doodskist en de mogelijke samenhang met hun arrestaties?

Vraag 5

Waarom acht u het gepast dat de woordvoerder van politie een verband heeft gelegd met de herdenking van een busongeluk in het Belgische Lommel? Waarom heeft de woordvoerder van politie de actievoerende postbodes op deze manier in een kwaad daglicht willen stellen? Waarom past deze wijze van woordvoering in uw ogen binnen een deugdelijke woordvoering van de politie in onze rechtstaat?

Vraag 6

Erkent u dat deze gang van zaken de werkelijke reden van de arrestaties in de berichtgeving heeft overschaduwd? Erkent u dat een dergelijke wijze van opereren de betrouwbaarheid van berichtgeving van de politie heeft aangetast, evenals de positie van de verdachten? Zo ja, was dat de bedoeling?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van het lid Van Raak (SP) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over uitlatingen van een politiewoordvoerder in Den Haag (ingezonden 28 maart 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven