Vragen van het lid Van Bommel (SP) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de veroordeling van vijf Papua’s in Indonesië (ingezonden 23 maart 2012).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 17 april 2012).

Vraag 1

Kent u het bericht «Indonesia: Five Papuans convicted for peaceful protest» van mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Deelt u de opvatting van Human Rights Watch dat de veroordelingen van de vijf Papua’s politiek gemotiveerd is en dat de aanklacht tegen deze vijf personen ingetrokken zou moeten worden? Indien neen, waarom niet?

Antwoord 2

Uit het vonnis blijkt dat de vijf mannen zijn veroordeeld vanwege het uitroepen van de onafhankelijkheid van Papua tijdens de afsluiting van het derde Papua Congres op 19 oktober 2011. De door hen voorgelezen verklaring wordt beschouwd als een poging tot hoogverraad, omdat deze gericht is op ondermijning van de territoriale integriteit van de republiek Indonesië.

Op maandag 19 maart jl. heeft de verdediging hoger beroep aangetekend omdat het Openbaar Ministerie onvoldoende zou hebben aangetoond dat het om hoogverraad gaat. Ik wacht de uitspraak in hoger beroep af.

Vraag 3

Kregen de vijf Papua’s naar uw mening een eerlijk proces? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 3

Zie mijn antwoord op vraag 2.

Vraag 4

Beschouwt u deze gevangenen als gewetensgevangenen? Indien neen, waarom niet?

Antwoord 4

Zie mijn antwoord op vraag 2.

Vraag 5

Bent u bereid zich tegenover de Indonesische autoriteiten uit te spreken tegen de veroordeling van de vijf Papua’s? Indien neen, waarom niet?

Antwoord 5

Zoals aangegeven, is de rechtsgang nog niet volledig doorlopen.

Vraag 6

Is het waar dat de gevangengenomen Papua’s, in afwachting van en/of tijdens hun proces, werden geschopt en geslagen door de politie?

Antwoord 6

Volgens mensenrechtenorganisaties en de advocaten van de gevangengenomen personen zijn zij geslagen bij de arrestatie. Volgens deze zelfde bronnen zouden zij tijdens de detentie en het proces naar omstandigheden goed zijn behandeld.

Vraag 7

Hoeveel Papua’s zitten er momenteel om politieke redenen gevangen in Indonesië?

Antwoord 7

Diverse bronnen, waaronder mensenrechtenorganisaties, noemen verschillende aantallen, uiteenlopend van drie tot 32 personen.

Vraag 8

Is het juist dat bij de demonstratie, waarbij de vijf Papua’s opgepakt werden, minimaal drie doden vielen en negentig gewonden? Hoe beoordeelt u het optreden van de Indonesische autoriteiten tegen de demonstranten? Deelt u de opvatting van Human Rights Watch dat het toegepaste geweld tijdens dit overheidsoptreden excessief was? Indien nee, waarom niet?

Antwoord 8

De Nationale Mensenrechtencommissie Komnasham en ook Human Rights Watch hebben een eerste onderzoek verricht naar de gebeurtenissen die zich op 19 oktober jl na afloop van het derde Papua congres hebben voorgedaan. Daarnaast is ook door de Indonesische autoriteiten zelf een onderzoek ingesteld. De onderzoeken bevestigen dat in de directe omgeving van het Congres drie dodelijke slachtoffers zijn gevallen, maar de omstandigheden waaronder dit is gebeurd blijven onduidelijk.

De betrokken autoriteiten stellen dat het gebruikte geweld binnen de geldende normen is gebleven. Nederland heeft over de gebeurtenissen zorg uitgesproken tegenover de Indonesische autoriteiten.

Vraag 9

Is het waar dat er, behalve interne disciplinaire sancties, geen maatregelen zijn genomen tegen de daders van het geweld tegen de demonstranten? Indien ja, hoe beoordeelt u dit? Indien neen, wat zijn dan de feiten?

Antwoord 9

De politie was tijdens het Papua Congres verantwoordelijk voor veiligheidsmaatregelen. De politie heeft laten weten dat er disciplinaire straffen, waaronder degradatie en strafoverplaatsingen, zijn opgelegd vanwege incorrect optreden na afloop van het Congres. Het is niet bekend om hoeveel personen het gaat.

Vraag 10

Deelt u de opvatting van Human Rights Watch dat de Indonesische strafwet, op basis waarvan de Papua’s gevangengezet zijn, in strijd is met de vrijheid van meningsuiting, zoals onder andere vastgelegd in de Indonesische grondwet, en internationale verdragen waarbij Indonesië partij is?

Antwoord 10

De strafwet in Indonesië dateert nog grotendeels uit de Nederlands-Indische tijd en is nog niet volledig afgestemd op de door Indonesië geratificeerde internationale conventies, zoals het Internationaal verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten (BuPo). Als gevolg hiervan zijn onderdelen daarvan niet geheel in lijn met internationaalrechtelijke verplichtingen, bijvoorbeeld waar het gaat om de vrijheid van meningsuiting. Aan een aanpassing van de wet wordt gewerkt.

Vraag 11

Is het waar dat een advocaat van de veroordeelde Papua’s, Gustav Kawer, bedreigd is met vervolging?2 Indien ja, houdt deze bedreiging verband met het proces?

Antwoord 11

Daarvan is mij niets bekend. Wel heeft de genoemde advocaat tijdens de zitting van 21 februari jl. opmerkingen gemaakt aan het adres van de aanklager die als beledigend zijn opgevat. Het Openbaar Ministerie heeft, zonder verder in detail te treden, in de daaropvolgende zitting naar het transcript van de eerdere zitting gevraagd, omdat daar een strafbaar feit zou zijn gepleegd. Voor zover bekend is geen aangifte gedaan.

Vraag 12

Bent u bereid bij de Indonesische autoriteiten aan te dringen op een onafhankelijk onderzoek naar de beschuldigingen van mensenrechtenschendingen door Indonesische veiligheidsdiensten tijdens de demonstratie in oktober 2011 waarbij de vijf Papua’s werden opgepakt? Indien neen, waarom niet?

Antwoord 12

Zoals in het antwoord op vraag 8 is aangegeven, hebben verschillende organisaties en de overheid reeds onderzoek verricht naar de gebeurtenissen die zich op 19 oktober hebben voorgedaan.

Vraag 13

Bent u bereid het optreden van de veiligheidsdiensten tegen de demonstranten mee te wegen bij de overweging om tanks aan Indonesië te verkopen? Indien neen, waarom niet?

Antwoord 13

Op 15 december 2011 is een motie van het kamerlid El Fassed aangenomen die op de kwestie van de tanks ingaat. De regering beraadt zich op deze motie.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van de leden Ormel (CDA) en Ten Broeke (VVD), ingezonden 20 maart 2012 (vraagnummer 2012Z05588, zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 2221).


X Noot
2

19 maart 2012, Open letter about a trial in Papua, kenmerk: 2012/1903/04/kj.

Naar boven