Vragen van het lid Timmermans (PvdA) aan de minister van Buitenlandse Zaken over de mensenrechtensituatie in Cuba (ingezonden 27 maart 2012).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 10 april 2012).

Vraag 1

Bent u bekend met het rapport van Amnesty International Routine repression: Political short-term detentions and harassment in Cuba?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Wat is uw reactie op het rapport van Amnesty International, waarin o.a. 2784 gevallen van mensenrechtenschendingen in Cuba die in 2011 hebben plaatsgevonden, staan gedocumenteerd?

Antwoord 2

Het rapport geeft een goed beeld van de ernst van de gebeurtenissen. De Nederlandse regering is tegen de beperkingen van vrijheden in Cuba, waaronder de korte arbitraire detenties.

Vraag 3

Wat is uw reactie op het gegeven dat, ondanks de massale vrijlatingen van gewetensgevangenen in 2011, de Cubaanse autoriteiten hun strategie lijken te hebben aangescherpt door diverse breed interpreteerbare wetten te gebruiken om critici de mond te snoeren en hen (kort) gevangen te zetten of sociaal te isoleren?

Antwoord 3

Nederland volgt de ontwikkelingen nauwlettend. Op Nederlands initiatief heeft de EU op 20 oktober 2011 de Cubaanse autoriteiten hierop aangesproken.

Vraag 4

Bent u bereid bilateraal en in EU-verband onverwijld en duidelijk protest aan te tekenen bij de Cubaanse autoriteiten over de ernstige mensenrechtenschendingen die zij begaan? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Nederland dringt aan op de onvoorwaardelijke vrijlating van alle politieke gevangenen, beëindiging van arbitraire korte detenties en verbetering van de situatie van de mensenrechten in het algemeen. Dit gebeurt onde rmeer via de EU-Cuba politieke dialoog.

Vraag 5

Bent u eveneens bereid de aanscherping van EU-sancties te bepleiten indien Cuba geen gehoor wil geven aan dit pleidooi? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Zo nodig, ja.


X Noot
1

Amnesty International – 22 maart 2012.

Naar boven