Vragen van het lid Timmermans (PvdA) aan de minister van Buitenlandse Zaken over het uitblijven van een reactie op de uitlatingen van VS presidentskandidaat Santorum over Nederland (ingezonden 24 februari 2012).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 7 maart 2012).

Vraag 1

Klopt het bericht in de New York Times1 dat de Nederlandse Ambassade in Washington geweigerd heeft een reactie te geven op de leugenachtige aantijgingen van presidentskandidaat Rick Santorum aan het adres van ons land?

Antwoord 1

De ambassade heeft feiten verstrekt aan het campagneteam van de heer Santorum waar de door hem gebezigde uitspraken werden weerlegd. Ook is informatie verstrekt over euthanasie in Nederland aan de New York Times en andere Amerikaanse media.

Vraag 2

Deelt u de mening dat de heer Santorum schandelijke en leugenachtige aantijgingen heeft geuit over het bestaan van gedwongen euthanasie op ouderen in Nederland?

Antwoord 2

De beweringen van de heer Santorum stroken niet met de praktijk en wetgeving in Nederland.

Vraag 3

Zo ja, deelt u tevens de mening dat, indien deze leugens onweersproken blijven en mogelijk herhaald worden, zij een eigen leven gaan leiden in het openbare debat in de VS en tot grote reputatieschade voor Nederland kunnen leiden?

Antwoord 3

Diverse Amerikaanse media hebben in hun berichtgeving over de uitspraken van Santorum aangegeven dat zijn uitlatingen niet kloppen.

Vraag 4

Zo ja, wilt u dan de Nederlandse Ambassadeur in Washington onmiddellijk instrueren de schandelijke leugens van Santorum publiekelijk tegen te spreken, door onder meer gewoon wel te reageren in de New York Times en te zeggen dat in Nederland geen gedwongen euthanasie plaatsvindt? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

De ambassade heeft de New York Times en andere media de benodigde feiten verschaft.

Naar boven