Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2011-2012 | 1652 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2011-2012 | 1652 |
Wat is uw reactie op de volgende uitspraak van Lotte Leicht («European Union advocacy director and director of Human Rights Watch's Brussels Office») tijdens de presentatie van het Human Rights Watch World Report 2012 in de Tweede Kamer op 25 januari 2011: «The Netherlands are known as country that, for many years, stood for human rights, always and everywhere. We do feel there is change. The Netherlands seem to be no longer in the group of enlightened European countries, but is now part of a small group of countries who flip-flop on human rights matters»?
Wat is uw reactie op haar uitspraak dat «the Dutch position is undermined if you say human rights are important, but look away when it concerns countries that you consider good friends, like Israel»?
Deelt u de mening dat de uitspraken van deze vertegenwoordiger van Human Rights Watch op gespannen voet staat met de motie-Hachchi/Peters1, waarin de regering wordt verzocht in haar mensenrechtenbeleid niet alleen aandacht te vestigen op de zwaarste en meest in het oog springende overtreders van mensenrechten, maar ook bevriende landen wanneer het nodig is te bekritiseren?
Ook bevriende landen worden door Nederland aangesproken op zaken die strijdig zijn met de mensenrechten. Zoals toegezegd aan de Kamer zal ik in de mensenrechtenrapportage 2011 daarvan voorbeelden opnemen. Nederland onderschrijft het belang van de Universal Periodic Review (UPR) van de VN-Mensenrechtenraad en blijft daarom bijdragen aan de UPR-landenexamens. Die landenexamens zijn ook een goede gelegenheid om met bevriende landen te spreken over mensenrechtenkwesties.
Klopt het dat u geen voorstander bent van de benoeming van een algemene Speciale Vertegenwoordiger voor Mensenrechten in de Europese Unie? Zo ja, kunt u dit standpunt motiveren? Welke EU-lidstaten zijn wel voorstander van een dergelijke Vertegenwoordiger?
Ik heb hierover inmiddels met de Kamer van gedachte gewisseld tijdens het Staat van de Unie debat d.d. 9 februari jl. Het kabinet is in principe geen voorstander van de benoeming van een algemene Speciale EU-Vertegenwoordiger voor Mensenrechten. De aanstelling van een dergelijke Speciaal Vertegenwoordiger zou kunnen leiden tot verminderde aandacht van de Hoge Vertegenwoordiger voor mensenrechten, onvoldoende borging bij andere onderdelen van de organisatie en verbrokkeling van beleid. Op dit moment vindt intern overleg plaats in de EU over de wenselijkheid hiervan. Het uiteindelijke oordeel van de regering zal afhangen van de mate waarin deze bezwaren kunnen worden geadresseerd.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20112012-1652.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.