Vragen van het lid
Ouwehand
(Partij voor de Dieren) aan de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over de manege in Assendelft
die in strijd met de wet opnieuw een pony gaat verloten (ingezonden 6 september 2011).
Antwoord van staatssecretaris
Bleker
(Economische Zaken, Landbouw en Innovatie) (ontvangen 29 september 2011).
Vraag 1
Is het u bekend dat Hippisch Centrum de Delft te Assendelft opnieuw heeft aangekondigd een pony te verloten?1
Vraag 2
Wat vindt u ervan dat deze manege, ondanks het wettelijke verbod op het verloten van dieren en uw uitspraken over hun eerdere
verlotingen in antwoord op Kamervragen2, gewoon weer publiekelijk aankondigt dat zij artikel 57 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (GWWD) gaat overtreden?
Antwoord 2
Ik ben van mening dat voor iedere houder een zorgvuldige omgang met dieren en respect voor de regels die zijn vastgesteld
ter bescherming van dieren centraal zouden moeten staan.
Vraag 3
Heeft de Algemene Inspectie dienst (AID) al actie ondernomen om de verloting van de pony te voorkomen en op te treden tegen
deze manege? Zo ja, kunt u uiteenzetten hoe de handhaving verlopen is en welke sanctie er is opgelegd? Zo nee, waarom heeft
de AID deze notoire overtreder niet extra in de gaten gehouden?
Antwoord 3
Toen duidelijk werd dat betrokken manegehouder dit jaar van plan was wederom een pony te verloten, heeft Dienst Regelingen
tijdig voor het evenement de manegehouder een zogenaamde last onder dwangsom opgelegd ter handhaving van het verbod uit artikel
57 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren.
Bij een controle op de dag waarop de verloting gepland stond is door de nVWA ter plaatse geconstateerd dat de pony niet meer
als prijs is verloot. De last onder dwangsom heeft dus effect gehad.
Vraag 4
Bent u bereid, nu deze manege wederom in opspraak komt, om alsnog toe te lichten hoe de AID in voorgaande overtredingen heeft
gehandeld en wat de uitkomst daarvan is geweest? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 4
Nee, ik zie hiertoe nog altijd geen aanleiding.
Vraag 5, 6
Welke straf staat er precies op het overtreden van het verbod op het verloten van dieren? Deelt u de mening dat deze straf
kennelijk niet afschrikwekkend genoeg is om overtredingen te voorkomen? Zo ja, bent u bereid de straffen voor overtredingen
van de GWWD te verhogen? Zo nee, waarom niet?
Deelt u de mening dat gezien de herhaaldelijke overtreding de handhaving van dit wetsartikel te kort schiet? Zo ja, bent u
bereid te onderzoeken wat er nodig is om het verbod op de verloting te kunnen handhaven en hiervoor passende maatregelen te
nemen? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 5, 6
Overtreding van verbod op het verloten van dieren is strafbaar gesteld in artikel 1, onder 4°, van de Wet op de economische
delicten. De bijbehorende straffen zijn een hechtenis van maximaal 6 maanden, een taakstraf of een geldboete van de vierde
categorie (maximaal € 19 000,-).
Voorts is het mogelijk om een hiervoor al genoemde last onder dwangsom op te leggen. Dit is een bevel tot herstel van de overtreding
met daaraan gekoppeld de verplichting tot het betalen van een geldsom als het bevel niet tijdig wordt opgevolgd.
Ik ben van mening dat deze straffen voldoende afschrikwekkend zijn. Er zijn voldoende mogelijkheden om op passende wijze handhavend
dan wel preventief op te treden.
X Noot
1http://www.hippischcentrumdedelft.nl/index.php?option=com_content&view=category&layout=blog&id=53&Itemid=67
X Noot
2
Aanhangsel van de Handelingen, vergaderjaar 2010–2011, nr. 263.