Vragen van de leden
Lodders
(VVD) en
Koopmans
(CDA) aan de staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie over de uitspraak van Raad van State inzake Natura
2000-gebied Elperstroom (ingezonden 23 augustus 2011).
Antwoord van staatssecretaris
Bleker
(Economische Zaken, Landbouw en Innovatie) (ontvangen 29 september 2011).
Vraag 1
Kunt u uw reactie geven op de uitspraak van Raad van State inzake Natura 2000-gebied Elperstroom?1
Antwoord 1
De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State (Afdeling) heeft n.a.v. het beroep tegen het aanwijzingsbesluit Elperstroomgebied
een tussenuitspraak gedaan waarin de Afdeling de Staatssecretaris van EL&I op alle punten in het gelijk heeft gesteld, op
één onderdeel na. De Afdeling is van mening dat onvoldoende is gemotiveerd waarom het gebied met 220 hectare is uitgebreid
bij de aanwijzing van het gebied. Omdat de Afdeling belang hecht aan een spoedige beëindiging van het geschil draagt de Afdeling
mij op alsnog met een toereikende motivering te komen voor de uitbreiding van het gebied.
Vraag 2, 3
Waaruit bleek dat de begrenzing van het gebied, zoals aangemeld bij de Europese Commissie, onvoldoende was om de instandhoudingsdoelstellingen
te realiseren?
Is de uitbreiding van het gebied met 220 hectare noodzakelijk om aan de voorwaarden van Brussel te voldoen? Zo nee, bent u
bereid deze hectares te schrappen en zo ja, kunt u dit onderbouwen?
Antwoord 2, 3
In het kader van de realisatie van de EHS zijn in de periode 2003–2009 aan de oostkant van het aangemelde gebied gronden aangekocht
en ingericht. Het oorspronkelijk aangemelde gebied bestond uit de kern van het beekdal Stroetma, Oosterma en Reitema. Deze
begrenzing bleek onvoldoende om de verdroging van het beekdal effectief aan te pakken en biedt ook onvoldoende ruimte om de
uitbreidingsdoelen voor heischraalgrasland en vochtige heide te realiseren.
De uitbreiding van de begrenzing ten opzichte van de oorspronkelijke aanmelding in Brussel was al onderdeel van het ontwerp-aanwijzingsbesluit
dat in 2007 ter inzage is gelegd. Van een verdere uitbreiding nadien is geen sprake.
De begrenzing is in het beheerplanproces nog onderwerp van onderzoek geweest. De uitkomst van dit hydrologisch onderzoek was
dat de begrenzing inclusief uitbreiding nodig is om de hydrologie in het gebied op orde te brengen. Deze uitkomst is onderschreven
door alle direct bij het beheerplanproces betroken partijen waarna de begrenzing is het beheerplanproces geen punt van discussie
meer is geweest.
Vraag 4
Kunt u ingaan op het oordeel van de Raad van State dat het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie een uitbreiding
van 220 hectare, welke op basis van ecologische criteria noodzakelijk is voor het behalen van de instandhoudingsdoelstellingen,
onvoldoende onderbouwd heeft?
Antwoord 4
De Afdeling stelt expliciet dat de uitbreiding is gebaseerd op ecologische criteria. Deze criteria zijn verwoord in het Aanwijzingsbesluit
en ter zitting nader toegelicht. Op de aard van deze criteria heeft de Afdeling geen kritiek. De kritiek richt zich uitsluitend
op het ontbreken van een voldoende onderbouwing van de omvang van de gebiedsuitbreiding.
De Afdeling heeft mij opgedragen om binnen drie maanden het besluit tot aanwijzing van het Elperstroomgebied alsnog toereikend
te motiveren. Ik zal daaraan gehoor geven en de motivering uitbreiden.
Vraag 5
Wat is de staat van instandhouding van de habitattypen heischrale graslanden (H6230) en vochtige heiden, hogere zandgronden
(H4010A), blauwgraslanden (H6410) en kalkmoerassen (H7230) in de biografische zone en welke maatregelen worden daar getroffen?
Antwoord 5
De staat van instandhouding in de Atlantische biogeografische regio is voor alle genoemde habitattypen zeer ongunstig. Dat
geldt ook voor de situatie binnen Nederland, met uitzondering van H4010 (die matig ongunstig is). De maatregelen die worden
getroffen, zijn zeer divers. Ze hebben met name betrekking op het verbeteren van de waterhuishouding en het verminderen van
(de effecten van) stikstofdepositie.
Vraag 6
Kunt u aangeven hoever het staat met het plan van aanpak Natura 2000 ten aanzien van gebieden, doelen en aanwijzingsbesluiten
zoals gemeld in uw brief van 23 februari 2011?
Antwoord 6
Ik heb u een brief met mijn nieuwe aanpak Natura 2000 gestuurd. Daar heb ik de analyse die is uitgevoerd naar de implementatie
bijgevoegd.
X Noot
1http://www.raadvanstate.nl/uitspraken/zoeken_in_uitspraken/zoekresultaat/?zoeken_veld=Elperstroom&verdict_id=FVKYFJZbhOM%3D