Vragen van de leden Berndsen en Schouw (beiden D66) aan minister van Veiligheid en Justitie over gebruik van andermans naam op sociale media (ingezonden 13 januari 2012).

Mededeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 3 februari 2012).

Vraag 1

Bent u bekend met de recente voorvallen met het gebruik van andermans naam op sociale media, zoals Twitter?

Vraag 2

Kunt u – mede op basis van relevante jurisprudentie – inzicht geven in de huidige wet- en regelgeving die van toepassing is om misbruik van andermans naam op sociale media tegen te gaan?

Vraag 3

Zijn de huidige mogelijkheden naar uw mening afdoende? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Vraag 4

Zou naar uw mening ook strafrechtelijke vervolging mogelijk moeten zijn? Zo nee, waarom niet?

Vraag 5

Kunt u toelichten wanneer bij misbruik van andermans naam op sociale media sprake is van identiteitsfraude?

Mededeling

Hierbij deel ik u mede dat de schriftelijke vragen van de leden Berndsen en Schouw (beiden D66) van uw Kamer aan de Minister van Veiligheid en Justitie over gebruik van andermans naam op sociale media (ingezonden 13 januari 2012) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie is ontvangen. Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.

Naar boven