Vragen van het lid Gesthuizen (SP) aan de minister voor Immigratie en Asiel over het bericht dat het Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers (COA) al jarenlang veel te veel voor onderhoud van de gebouwen op de asielzoekerscentra betaalt (ingezonden 10 november 2011).

Antwoord van minister Leers (Immigratie, Integratie en Asiel) (ontvangen 27 december 2011).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht dat het COA teveel betaalt aan onderhoud?1

Antwoord 1

Het COA is, vanaf 2004 op grond van Europese regelgeving (richtlijn 2004/18/EG), aanbestedingsplichtig. Voor het onderhoud aan de locaties heeft het COA een aanbestedingsprocedure gevolgd. De gunning heeft vervolgens plaatsgevonden op de economisch meest voordelige inschrijving, waarbij op prijs en kwaliteit is gegund. Op grond hiervan is aan een aannemer de opdracht gegund. Gelet op de zorgvuldigheid die het COA betracht en criteria die gelden voor de gunning staat voor mij niet op voorhand vast dat het COA teveel betaalt aan onderhoud.

Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u ook naar mijn antwoord op vraag 2 van de Leden Dijksma en Spekman (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2011–2012, nr. 1192).

Vraag 2

Klopt het dat in eerste instantie het onderhoud per asielzoekerscentrum werd uitgevoerd door een plaatselijke aannemer? Klopt het dat op den duur is besloten om deze opdracht centraal aan te besteden? Zo ja, waarom en door wie is dit besluit genomen?

Antwoord 2

Het is juist dat onderhoudswerkzaamheden, voordat het COA deze aanbesteedde, werden uitgevoerd door de technische dienst op een locatie, waarbij zij, zo nodig, een aannemer konden inschakelen. Zoals hiervoor al gemeld, is het COA evenwel, overeenkomstig Europese regelgeving, aanbestedingsplichtig en derhalve verplicht de aanbestedingsprocedure te volgen.

Graag verwijs ik u hier ook naar mijn antwoord op vraag 4 van de Leden Dijksma en Spekman.

Vraag 3

Is het mogelijk om deze centrale aanbesteding in te trekken danwel de overeenkomsten met de huidige aannemers op te zeggen? Hoe denkt u dat het onderhoud in het vervolg het beste kan worden geregeld?

Antwoord 3

Voor het antwoord op de vraag verwijs ik eveneens naar het antwoord op vraag 4 van de Leden Dijksma en Spekman. In aanvulling daarop meld ik u dat het COA wel de mogelijkheid onderzoekt om het (klein) onderhoud anders vorm te geven. In het voorjaar van 2011 is het project Leefbaarheid, veiligheid en klein onderhoud gestart en is een uitvoeringstoets gestart op vijf locaties. De ervaringen met de uitvoeringstoets leiden tot een advies aan de directie van het COA. In het advies zal worden aangegeven of de werkwijze COA-breed kan worden ingevoerd.

Vraag 4 en 5

Klopt het dat deze klachten eerder zijn gemeld aan het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties? Zo ja, wat is er gebeurd met deze klachten?

Gaat u deze problematiek ook meenemen in het onderzoek naar de geldverspilling binnen het COA?

Antwoord 4 en 5

Zoals ik eerder per brief aan uw Kamer2 heb gemeld, vindt er een onafhankelijk onderzoek plaats naar het werkklimaat en bestuursstructuur van het COA. De vorengenoemde klachten worden in dit onderzoek meegenomen. Vooruitlopend op de resultaten van dit onderzoek acht ik het, zoals ik eerder heb aangegeven, niet opportuun hierover nu reeds uitspraken te doen.

Naar boven