Vragen van het lid Leijten (SP) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over het verzaken van de acceptatieplicht door verzekeraars (ingezonden 2 september 2010).

Antwoord van minister Klink (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) (ontvangen 29 september 2010).

Vraag 1

Wist u van het onderzoek van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) naar verzekeraars, waarvan zij vermoedt dat ze in 2009 zich niet gehouden hebben aan de acceptatieplicht in de Zorgverzekeringswet (Zvw)? Kunt u uw antwoord toelichten?1

Antwoord 1

Ja ik wist van dit onderzoek, de NZa heeft dit onderzoek aangekondigd in het Samenvattend rapport Rechtmatigheid uitvoering Zorgverzekeringswet 2009.

Vraag 2

Erkent u dat de acceptatieplicht een cruciaal onderdeel is van de Zorgverzekeringswet?

Antwoord 2

De acceptatieplicht is, als spiegelbeeld van de verzekeringsplicht, een wezenlijk onderdeel van de Zorgverzekeringswet.

Vraag 3

Welke verzekeraars worden onderzocht? Deelt u de mening dat verzekeraars die de acceptatieplicht schenden met naam en toenaam genoemd dienen te worden? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 3

Ik ben niet op de hoogte welke zorgverzekeraars worden onderzocht. Indien er daadwerkelijk sprake is van het schenden van de acceptatieplicht kan de NZa op grond van artikel 78 van de Wet markordening gezondheidszorg overgaan tot het openbaar maken van deze schending. Voorwaarde hiervoor is echter wel dat er eerst een aanwijzing is gegeven en deze niet is opgevolgd. Of het openbaar maken voor een dergelijke schending de meest aangewezen sanctie is, is aan de NZa. Er wordt nu eerst onderzocht of de acceptatieplicht daadwerkelijk is geschonden.

Vraag 4

Erkent u dat het goed is wanneer de NZa niet alleen onderzoekt wie de acceptatieplicht hebben genegeerd, maar ook wat de motieven zijn van het schenden van de acceptatieplicht? Zo ja, gaat de NZa dit ook onderzoeken? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

De NZa is op dit moment bezig met het onderzoeken of de acceptatieplicht is geschonden. Indien dat het geval is, zal de NZa zeker de aard van deze schending in kaart brengen alvorens zich de bezinnen op een eventuele sanctie.

Vraag 5

Bent u bereid (te laten) onderzoeken of het zo is dat het systeem voor risicoverevening niet goed werkt en dat zorgverzekeraars daarom sommige risicoverzekerden mijden? Zo ja, wanneer ontvangt de Kamer de uitkomst hiervan? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5

Ik heb de afgelopen tijd diverse onderzoeken naar de werking van het systeem van risicoverevening uit laten voeren. Met name de internationale evaluatie en een onderzoek dat zich richt op het risico tot risicoselectie na afbouw van macronacalculatie zullen inzicht geven in de gedragsprikkels die zorgverzekeraars ervaren met betrekking tot negatieve risicoselectie.

In het najaar, als alle onderzoeken afgerond zijn, zal ik u van de uitkomsten van deze onderzoeken op de hoogte stellen.

Vraag 6

Bent u bereid (te laten) onderzoeken of het zo is dat de maatregelen genomen zijn om wanbetaling tegen te gaan onvoldoende zijn voor de zorgverzekeraar? Zo ja, wanneer ontvangt de Kamer de uitkomst hiervan? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 6

Ja. Tijdens de parlementaire behandeling van de wanbetalerswet2 heb ik toegezegd het parlement voor het einde van 2010 te informeren over de uitvoering van de wet voor de verzekerden die op het moment van inwerkingtreding van de wet al een premieachterstand hadden van meer dan zes maanden (het stuwmeer). Daarnaast is in de VWS-verzekerdenmonitor 20103 toegezegd te bezien in hoeverre nadere maatregelen voor eventuele recidiverende wanbetalers wenselijk zijn. Verder is in de pandrechtbrief van 2 juli 20104 toegezegd de effecten van het incassobeleid te onderzoeken.

Op dit moment tref ik voorbereidingen voor het uitvoeren van een evaluatie, waarbij de doelstellingen van de wet zullen worden getoetst aan de uitvoeringspraktijk. Daarbij wordt ook onderzocht of de maatregelen die genomen zijn om wanbetaling tegen te gaan, voor de zorgverzekeraar voldoende zijn.

Aan de hand van deze evaluatie zal ik het parlement informeren over de uitkomsten van de evaluatie en de beleidsmatige consequenties die daaruit mogelijkerwijs zullen voortvloeien. In december 2010 zal ik u tussentijds informeren over de verwerking van het stuwmeer.

Vraag 7

Is bekend om hoeveel mensen het gaat die door het schenden van de acceptatieplicht niet bij een verzekeraar terecht konden? Zijn deze mensen uiteindelijk wel ergens aangenomen, of zitten zij nog zonder verzekering?

Antwoord 7

Op dit moment is de NZa aan het onderzoeken of er sprake is van het schenden van de acceptatieplicht, de aard en omvang hiervan zal uit dit onderzoek naar voren komen. Wel is duidelijk dat de signalen die de NZa heeft ontvangen, alleen betrekking hebben op mensen met een betalingsachterstand bij een andere zorgverzekeraar. Op grond van artikel 8a van de Zorgverzekeringswet mag een verzekerde deze verzekering niet opzeggen. De eventuele schending van de acceptatieplicht heeft betrekking op het afsluiten van een tweede verzekering voor de groep mensen die reeds verzekerd waren, maar een betalingsachterstand hebben. Van het uitsluiten van mensen voor een zorgverzekering is dus geen sprake.

Vraag 8

In welke mate is de groep die geweigerd wordt overeenkomstig aan de groepen die onverzekerd zijn? Zit hier een verband?

Antwoord 8

Voor dit antwoord verwijs ik naar mijn antwoord bij de vorige vraag.

Vraag 9

Bent u van mening dat het niet naleven van de acceptatieplicht door verzekeraars een reden moet zijn voor het kwijtschelden van de boete wegens het onverzekerd zijn? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 9

Onder de huidige regelgeving krijgt een verzekeringsplichtige die zich te laat verzekert een boete opgelegd. Op dit moment ligt er een wetsvoorstel «opsporing en verzekering onverzekerden zorgverzekering» (Kamerstukken I 2009/10, 32 150, A) voor behandeling in de Eerste Kamer waarmee het huidige boeteregiem vervalt. Een boete over een onverzekerde periode is dan niet meer aan de orde; het kwijtschelden van die boete bij te late aanmelding is dan niet meer relevant.

Wel is en blijft het naleven van de acceptatieplicht door zorgverzekeraars een cruciaal onderdeel van de Zorgverzekeringswet. Dat is tevens een belangrijk punt van toezicht. Zoals ik hiervoor reeds heb opgemerkt doet de NZa thans nader onderzoek of er sprake is van schending van de acceptatieplicht. De NZa zal maatregelen richting zorgverzekeraars treffen als blijkt dat verzekeringsplichtigen inderdaad onterecht worden geweigerd. Ook in de komende jaren zal de NZa op, onder meer, dit onderwerp toezicht blijven houden.

Vraag 10

Wat gaat u doen met de uitkomsten van het onderzoek van de NZa? Welke sancties gaat u de verzekeraars opleggen die zich niet gehouden hebben aan de acceptatieplicht?

Antwoord 10

De NZa is op grond van haar taak als toezichthouder bevoegd om maatregelen te treffen. Zo kan de NZa een aanwijzing geven en als deze niet wordt nagekomen, kan de schending openbaar worden gemaakt of een last onder dwangsom worden op gelegd. Ook een bestuurlijke boete tot € 500 000 is mogelijk. Of er een maatregel noodzakelijk is en welke maatregel dit dient te zijn, is aan de NZa.


XNoot
1

http://www.skipr.nl/actueel/nza-onderzoekt-verzaken-acceptatieplicht-verzekeraar-65956.html

XNoot
2

Handelingen I, 6 juli 2009, 39–1799.

XNoot
3

VWS-verzekerdenmonitor 2010, §2.6 en §2.8 (Kamerstukken II, 2009/10, 29 689, nr. 299).

XNoot
4

Kamerstukken I, 2009/2010, 31 736 H.

Naar boven