Vragen van het lid Gesthuizen (SP) aan de minister van Justitie over het melden en meten van agressie en geweldsincidenten in penitentiaire inrichtingen (ingezonden 8 oktober 2010).

Antwoord van staatssecretaris Teeven (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 25 november 2010) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2010–2011, nr. 282.

Vraag 1

Is het waar dat op of omstreeks 28 september 2010 in de Penitentiaire Inrichting Rotterdam, locatie Hoogvliet, een vechtpartij heeft plaatsgevonden tussen een of meerdere gedetineerden en gevangenispersoneel, met als gevolg dat drie medewerkers zich voor behandeling in het ziekenhuis hebben gemeld?1 Hoe uitzonderlijk was dit incident op deze locatie en hoe uitzonderlijk was dit incident voor een willekeurige penitentiaire inrichting in Nederland?

Antwoord 1

Ja. Op 28 september 2010 heeft een incident plaatsgevonden in de PI Rotterdam, locatie Hoogvliet, waarbij door een gedetineerde fysiek geweld met verwondingen tot gevolg is gepleegd tegen personeelsleden. Dit soort incidenten zijn uitzonderlijk, op jaarbasis komen zij enkele malen voor. Gelet op het specifieke werk van penitentiaire inrichtingswerkers zijn dit soort incidenten helaas niet volledig uit te sluiten of te voorkomen.

Vraag 2

Wordt iedere vechtpartij in een penitentiaire inrichting tussen gedetineerden en gevangenispersoneel, alsmede ander geweld of agressie, altijd onderzocht? Wat is hierin de exacte procedure die gevolgd wordt?

Antwoord 2

Ja. Elk geweldsincident tussen gedetineerden en personeel in een penitentiaire inrichting wordt gemeld aan de betreffende vestigingsdirectie. De vestigingsdirecteur hoort vervolgens zowel het personeel als de gedetineerde. Vervolgens beslist hij of, en zo ja, welke disciplinaire straf/ordemaatregel wordt opgelegd.

Door het personeelslid of de directeur van de penitentiaire inrichting kan in eventuele gevallen ook aangifte worden gedaan.

Vraag 3 en 4

Hoe wordt geregistreerd en in de gaten gehouden wat de omvang is van geweld en agressie in de penitentiaire inrichtingen? Zijn hierover cijfers beschikbaar van de afgelopen jaren? Hoeveel vechtpartijen tussen gedetineerden en gevangenispersoneel zijn er de laatste vijf jaar geweest?

Wat is uw reactie op het onderzoeksresultaat dat 60 procent van het ondervraagde gevangenispersoneel aangeeft dat agressie en geweld van gedetineerden naar gevangenispersoneel de laatste jaren erger is geworden?2 Hoe duidt u deze trend? Wat zijn volgens u de mogelijke oorzaken hiervan?

Antwoord 3 en 4

Per penitentiaire inrichting wordt in het kader van de planning en control cyclus bijgehouden hoeveel geweldsincidenten tussen gedetineerden en geweldsincidenten tussen personeel en gedetineerden plaatsvinden en in hoeverre deze hebben geleid tot oplegging van een ordemaatregel en/of disciplinaire straf. De uitkomsten worden gebundeld in het jaarverslag van DJI. In onderstaande tabel wordt weergegeven vanaf 2006 hoeveel geweldsincidenten er gemiddeld per 100 detentieplaatsen hebben plaatsgevonden tussen gedetineerden onderling en hoeveel tussen personeel en gedetineerden.

Jaren

Geweld onder gedetineerden (gemiddeld per 100 plaatsen)

Geweld tegen personeel (gemiddeld per 100 plaatsen)

2006

15,8

15,6

2007

12,6

16,1

2008

8,1

5,2

2009

7,6

5,8

1ste semester 2010

3,1

1,8

Deze cijfers laten een dalende trend van geweldsincidenten zien, zowel tussen gedetineerden onderling als tegen personeelsleden. Vanaf 2006 wordt er binnen de penitentiaire inrichting extra aandacht besteed (via verschillende campagnes en trainingen) aan penitentiaire scherpte: een pro-actieve houding en alertheid op de werkvloer.

Ik moet erop wijzen dat de conclusie van de SP enquête haaks staat op de geregistreerde incidenten. Ik neem de gevoelens van het personeel evenwel serieus en zal in overleg met hen bekijken wat de afwijkende perceptie veroorzaakt.

Vraag 5

Is er naar uw mening steeds voldoende gevangenispersoneel op de werkvloer aanwezig om de situatie veilig en beheersbaar te houden? Kunt u uw antwoord toelichten, mede in het licht van de veelgehoorde klacht uit de praktijk dat er minder personeel op een grotere groep gedetineerden staat?

Antwoord 5

Ja. De standaard normbezetting is dat er op elke 24 gedetineerden 2 penitentiaire inrichtingswerkers aanwezig zijn. Deze norm is de afgelopen jaren ongewijzigd gebleven.

Volgens de formatie en de bezettingsgegevens is er geen sprake van personele onderbezetting in het gevangeniswezen. Door (veel) langdurig verzuim kan er in een penitentiaire inrichting wel sprake zijn van een tijdelijke geringe onderbezetting. Dit wordt dan door de directeur van de penitentiaire inrichting besproken met de sectordirectie van het gevangeniswezen en indien nodig worden maatregelen getroffen.

Vraag 6

Welke maatregelen gaat u nemen om de veiligheidssituatie in de gevangenissen voor het personeel te verbeteren?

Antwoord 6

De veiligheidssituatie in de inrichtingen heeft constant de aandacht. De DJI investeert continu in een zo veilig mogelijke werkomgeving, bijvoorbeeld door de campagne Veiligheidsbewustzijn. Naast ondere andere fit- en weerbaarheidstrainingen wordt er ook geïnvesteerd in preventie en agressieregulatie. Centraal staat het stimuleren van positief gedrag en het ontmoedigen van negatief gedrag van de gedetineerde. Deze maatregelen dragen bij aan het creëren van een veilige werksituatie binnen de penitentiaire inrichtingen.


XNoot
1

Melding ontvangen.

XNoot
2

«Het gevangenispersoneel aan het woord', http://www.sp.nl/service/rapport/090803_hgp_aanhetwoord.pdf p. 40

Naar boven