Vragen van het lid Van der Ham (D66) aan de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over de kwaliteit van de diploma’s in het hoger onderwijs (ingezonden 23 juli 2010).

Antwoord van staatssecretaris Zijlstra (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 12 november 2010) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2009–2010, nr. 3230.

Vraag 1

Wat is uw reactie naar aanleiding van de uitzending van EenVandaag1 van donderdag 22 juli?

Antwoord 1

Deze beschuldigingen in genoemde uitzending raken heel direct de kwaliteit van ons onderwijs en de betrouwbaarheid van het hbo-diploma, zaken die mij zeer aan het hart gaan. Het is volstrekt onaanvaardbaar, indien met diploma’s wordt gesjoemeld. Studenten en werkgevers moeten erop kunnen vertrouwen dat een diploma de waarde heeft die ervoor staat. Ik vind het dan ook van belang dat er grondig onderzoek plaatsvindt naar alternatieve afstudeertrajecten in het hoger onderwijs om zicht te krijgen op de vraag of en zo ja, de mate waarin er sprake is van onrechtmatige afgifte van diploma’s. De inspectie zal deze zaken dan ook tot op de bodem uitzoeken.

Vraag 2

Wat is uw reactie op het verwijt dat in deze uitzending wordt gemaakt dat docenten onder druk worden gezet als de cijfers te laag zijn?

Antwoord 2

Dat is uiteraard onwenselijk. Bij de MEM van InHolland is dit onderzocht door de Commissie Leers. De commissie concludeert dat niet kan worden aangetoond dat er sprake is van onoorbare druk op docenten, maar het kan wel zo zijn dat docenten druk hebben ervaren.

Tussen de Inspectie en hogeschool InHolland zijn inmiddels afspraken gemaakt over de ontstane situatie van MEM en het verbeterplan met maatregelen die InHolland moet nemen i.v.m. de kwaliteit van MEM. In de gesprekken die de inspectie hierover voert met InHolland, inclusief die met het College van Bestuur, komt «druk op personeel» expliciet aan de orde.

Ook in het landelijke onderzoek besteedt de inspectie bijzondere aandacht aan meldingen of klachten van docenten die zich binnen de instelling onder druk gezet voelen om kwaliteitsnormen voor tentaminering en examinering te verlagen. Signalen over «druk op personeel» worden door de Inspectie aan de betreffende instelling voorgelegd met een verzoek om reactie. In de tussenrapportage van dit onderzoek (sinds 19 oktober jl. in het bezit van uw Kamer) is door de inspectie opgemerkt dat van negen instellingen signalen over «druk op personeel» (om toetsen niet te moeilijk te maken of om bepaalde slagingspercentages te realiseren) bekend zijn.

Verder heeft de inspectie ongewenste druk op personeel als speciaal aandachtspunt toegevoegd aan de reeds voorgenomen verkenning van de sociale veiligheid in het hoger onderwijs.

Vraag 3

Gaat de Inspectie van het Onderwijs in het aangekondigde onderzoek ook na of er vooraf voldoende handvaten zijn voor hogescholen om aan de eisen te voldoen?

Antwoord 3

Ja.

Vraag 4

Kunt u ervoor zorgen dat de eisen voor de diploma's en voor versnellingstrajecten vóór het komende collegejaar op orde zijn gebracht?

Antwoord 4

Voor wat betreft de opleiding MEM bij Inholland is dat onderdeel van de monitoring van de verbeteraanpak van de instelling door de inspectie. Het op korte termijn weer op orde brengen van de kwaliteit van het onderwijs bij InHolland acht ik van het grootste belang om er zorg voor te kunnen dragen dat de studenten van deze instelling zo min mogelijk hinder ondervinden van de problemen.

Tegen deze achtergrond wil ik waarborgen dat de benodigde verbeteringen inclusief het naleven van de wet- en regelgeving met de grootst mogelijk spoed worden gerealiseerd. De inspectie zal daarom de belangrijkste onderdelen van het verbeterplan de grootst mogelijk aandacht geven en mij over de voortgang daarvan voorzover op dat moment te beoordelen uiterlijk half januari rapporteren. Dit betreft in elk geval ook de vragen die na het rapport Leers zijn opgeroepen over het moment waarop het college van Bestuur op de hoogte was van de situatie bij MEM en de signalen over mogelijke onoorbare druk op docenten.

Voor mogelijke andere gevallen geldt dat de uitkomsten van het landelijk verdiepingsonderzoek van de inspectie in april 2011 hierover helderheid moeten verschaffen.

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid Van der Ham (D66), ingezonden 20 juli 2010 (vraagnummer 2010Z11099)


XNoot
1

http://www.eenvandaag.nl/binnenland/36190/bestuurder_paul_r_pp_reageert_op_diploma_fraude

Naar boven