Vragen van het lid Van der Ham (D66) aan de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over mogelijke trucs bij diplomaverstrekking op de Hanzehogeschool (ingezonden 20 juli 2010).

Antwoord van staatssecretaris Zijlstra (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) (ontvangen 12 november 2010) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2009–2010, nr. 3229.

Vraag 1

Wat is het oordeel van de regering over de in de brieven genoemde «alternatieve afstudeermogelijkheden» die zogenaamde «staartstudenten» onder andere via mondelinge examens en vormen van buitenschoolse competenties worden aangeboden? Is er wat u betreft sprake van een voldoende kwalitatieve vorm van afstuderen?12

Antwoord 1

Ik vind dat er reden is tot zorg over de kwaliteit van deze alternatieve afstudeermogelijkheden. De inspectie is in juli jl. een onderzoek gestart naar alternatieve afstudeertrajecten onder alle instellingen in het hoger onderwijs. Bij brief van 28 juli werd de Tweede Kamer daarover geïnformeerd (Kamerstukken II, 2009–2010, 31 288, nr. 109). De tussenrapportage over dit onderzoek is op 19 oktober jl. naar uw Kamer verzonden. Daarin geeft de inspectie aan rondom alternatieve afstudeertrajecten risico’s waar te nemen voor langstuderenden en voor overige studenten ten aanzien van:

  • de inhoud van de afstudeertrajecten

  • documentatie in formele documenten als de onderwijs -en examenregeling

  • verantwoording

  • kwaliteitszorg

  • opleidingsduur.

De vraag of er sprake is van een voldoende kwalitatieve vorm van afstuderen kan niet eerder worden beantwoord dan april 2011, wanneer de rapportage van de inspectie over de uitkomsten van het landelijke verdiepingsonderzoek beschikbaar komt.

Vraag 2

Is er naar het oordeel van de regering een vergelijking te trekken met de mogelijke onvolkomenheden die speelden bij InHolland rond het verstrekken van diploma’s?

Antwoord 2

Dat zal het landelijk verdiepingsonderzoek van de inspectie moeten uitwijzen.

Vraag 3

Wat is de rol van de inspectie geweest bij het wegen van deze vorm van diplomaverstrekking?

Antwoord 3

Er is geen betrokkenheid van de inspectie geweest bij de opzet van het genoemde traject.

Vraag 4

Kunt u aangeven of deze methoden op meer plekken in het hoger onderwijs worden toegepast? Wilt u dat onderzoeken?

Antwoord 4

Uit de tussenrapportage van de inspectie blijkt dat veel instellingen beleid voeren op langstudeerders. Bij 41 instellingen wordt door de inspectie aanvullende informatie opgevraagd en de reeds beschikbare informatie zal geverifieerd. Op grond daarvan kan worden vastgesteld of daadwerkelijk sprake is van risico’s. Is dat het geval dan volgt een verdiepingsonderzoek op de examinering. Indien daarbij risicovolle situaties worden aangetroffen, wordt nagegaan of er hiaten zijn in het interne toezicht en de kwaliteitszorg van de instelling. Waar nodig wordt samen met de NVAO onderzoek in gang gezet naar het gerealiseerde eindniveau van afgestudeerden. Mochten in deze stappen onregelmatigheden worden aangetroffen, dan wordt het instellingsbestuur gemaand de nodige maatregelen te treffen en een verbeterplan op te stellen.


XNoot
1

www.geenstijl.nl  Gratis hbo-diploma normaal in Nederland, 17 juli 2010.

XNoot
2

http://www.telegraaf.nl/binnenland/7197589/___Ook_in_Groningen_diplomatruc___.html

Naar boven