Vragen van het lid Voordewind (ChristenUnie) aan de minister van Buitenlandse Zaken over het terugsturen van Birmese vluchtelingen door Thailand (ingezonden 12 november 2010).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 12 november 2010).

Vraag 1

Heeft u kennis genomen van het artikel «Thailand stuurt vluchtelingen Myanmar terug»?

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Heeft u kennis genomen van het feit dat er na de uitslag van de verkiezingen, die volkomen vervalst blijken te zijn, gewapende conflicten  zijn uitgebroken in het Thais-Birmese grensgebied?

Antwoord 2

Ik ben op de hoogte van het feit dat op twee plaatsen langs de Birmees-Thaise grens recent gevechten zijn uitgebroken tussen gewapende groepen van de Karen etnische minderheid en het Birmese leger. Dat dit een vluchtelingenstroom op gang heeft gebracht vind ik zorgelijk.

Vraag 3

Bent u van mening dat Thailand zijn verplichtingen aangaande het Verdrag van Genève verzaakt, door Birmese vluchtelingen terug te sturen?

Antwoord 3

Thailand is geen partij bij het Verdrag van Genève.

Vraag 4

Bent u bereid er bij de Thaise autoriteiten op aan te dringen om onmiddellijk te stoppen met het uitzetten van vluchtelingen en ervoor zorg te dragen dat vluchtelingen humaan worden behandeld?

Antwoord 4

Van vluchtelingenorganisatie UNHCR, maar ook van IOM, ECHO en NGO’s ter plekke is vernomen dat geen sprake is van gedwongen uitzetting. De vluchtelingen keren op vrijwillige basis terug. Thailand verleent volgens genoemde informatiebronnen adequate humanitaire hulp aan de vluchtelingen die in Thailand blijven. UNHCR coördineert op verzoek van de Thaise autoriteiten de humanitaire hulpverlening. Ik zal humanitaire hulpverlening door Thailand aan de Birmese vluchtelingen nauwlettend blijven volgen.

Vraag 5

Kunt u deze vragen vandaag nog beantwoorden?

Antwoord 5

Gezien de noodzaak informatie in te winnen bij de Nederlandse ambassade in Bangkok en het tijdsverschil met Thailand, was het niet mogelijk de vragen per ommegaande te beantwoorden.