Vragen van het lid De Mos (PVV) aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu over het bericht «Al Gore start nieuwe klimaatcampagne» (ingezonden 21 juli 2011).

Antwoord van staatssecretaris Atsma (Infrastructuur en Milieu) (ontvangen 14 september 2011).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht «Al Gore start nieuwe klimaatcampagne»?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Kunt u voor elk departement een gedetailleerd jaaroverzicht geven van de kosten (in euro’s) aangaande genomen maatregelen en heffingen ten aanzien van klimaatbeleid of beleid om klimaatverandering tegen te gaan vanaf het moment dat het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) werd opgericht in 1988?

Antwoord 2

De gevraagde informatie is niet over alle jaren beschikbaar. Een overzicht van de beschikbare middelen voor de periode 1998 tot 2011, waarbij ook de gelden voor klimaatmitigatiemaatregelen van andere departementen zijn opgenomen, staat in de begroting van VROM van 2005 (uitgavenbudgetten; vergaderjaar 2004–2005, Kamerstuk 29800-XI, nr 1, Tabel B.2 bijlage 5 Voortgang klimaatbeleid 2004). Voor de gedetailleerde cijfers voor de genoemde periode verwijs ik naar deze begroting. Het relevante onderdeel is als bijlage bij deze antwoorden gevoegd.2 Na 2005 zijn dergelijke overzichten niet meer in de begroting opgenomen.

De totale beschikbare middelen per departement over de periode 1998 t/m 2011 zijn hieronder samengevat:

  • EZ 960,9 miljoen euro

  • LNV 13,6 miljoen euro

  • V&W 45,4 miljoen euro

  • VROM 685,6 miljoen euro

  • FIN 95,8 miljoen euro

De kosten voor de Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) zijn niet in deze begroting opgenomen. De kosten bedragen vanaf 2005 gemiddeld 5 miljoen euro per jaar voor het EU emissiehandelssysteem (ETS). Over de periode 1988–2005 zijn geen kosten gemaakt, omdat ETS op 1 januari 2005 is gestart.

Het CBS is bezig met een project Adaptatie- en mitigatiekosten van de overheid. In dat project worden terugkijkend naar een beperkt aantal jaren (periode 2005–2009), deze gegevens gepubliceerd. Dit zal naar verwachting medio 2012 gebeuren.

Vraag 3

Kunt u gemotiveerd en gedetailleerd aangeven wat het kost om Nederland de Europese doelstelling van 20% CO2 reductie te laten behalen voor 2020? Kunt u ook hierbij een kostenoverzicht van alle ministeries verschaffen?

Antwoord 3

Om tot een 20% reductie van CO2 te komen zijn het ETS, de afspraken in het kader van non ETS sector en de fiscale vergroening de belangrijkste instrumenten. Op de kosten in het kader van de ETS ga ik in vraag 4 in. Voor zover kosten door het rijk zijn gemaakt in het kader van de non ETS sector verwijs ik naar het antwoord bij vraag 2.

Vraag 4

Kunt u gemotiveerd en gedetailleerd aangeven wat de kosten zullen zijn voor het bedrijfsleven in Nederland om aan de Europese norm voor 20% CO2 reductie te voldoen.

Antwoord 4

De kosten voor het bedrijfsleven kunnen niet in het algemeen worden weergegeven. Over de kosten in het kader van de ETS is wel iets te zeggen. Het onderliggende idee voor bedrijven die onder het emissiehandelssysteem vallen is dat zij zelf kunnen beoordelen wat de meest kostenefficiënte wijze is van CO2-reductie, bijvoorbeeld door zo nodig een keuze te maken voor investeren in energiebesparing of door het kopen van emissierechten. De administratieve lasten voor bedrijven die vallen onder het emissiehandelssysteem zijn geraamd door ACTAL. Op basis hiervan kom ik tot een raming over de jaren 2005 tot 2012 van in totaal 49 miljoen euro. Voor 2005 was er geen ETS en hebben bedrijven dus beperkte kosten gemaakt. Voor 2013–2020 worden de administratieve lasten geschat op 66,3 miljoen euro in totaal. De kosten voor het kopen van emissierechten in die periode worden ruwweg geschat op 700–800 miljoen per jaar, afhankelijk van de CO2-prijs. De bedrijven hebben naast kosten ook voordeel door het ETS gekregen. In de periode 2005–2010 hebben zij in totaal 25,3 miljoen rechten meer gekregen dan zij nodig hadden om hun emissies in diezelfde periode af te dekken. Energiebedrijven kunnen de waarde van de benodigde emissierechten doorberekenen in de energieprijs (conform het principe vervuiler betaal). Ook voor de andere bedrijven onder emissiehandel is het zeer aannemelijk dat de waarde van emissierechten vanaf 2005 (deels) zijn doorberekend.

Vraag 5

Kan van elk departement worden aangegeven hoeveel FTE zich (deels) met het vraagstuk rond de klimaatverandering bezighouden en wat de totale loonkosten hiervoor zijn op jaarbasis sinds 1988?

Antwoord 5

De precieze informatie op jaarbasis over de inzet van fte’s op de verschillende onderwerpen binnen de departementen is over de gevraagde jaren niet te geven. Fte’s worden over verschillende begrotingsonderdelen en operationele doelen ingezet en zijn niet rechtstreeks aan de onderwerpen te relateren.

Vraag 6

Kunt u een overzicht geven van alle lokale, provinciale en landelijke projecten, initiatieven die op welke manier dan ook te maken hebben met CO2 reductie en wat hiervan de kosten waren, welk doel zij dienden en waar en wanneer zij plaatsvonden sinds 1988?

Antwoord 6

In de in vraag 2 genoemde begroting van VROM is een aantal projecten van het rijk in samenwerking met gemeenten en provincies opgenomen. Het doel van deze projecten is bijdragen aan de Europese reductiedoelstelling voor broeikasgasemissies in 2020. Onderstaand is een overzicht gegeven van recent gestarte en afgeronde projecten en hun kosten. Deze kosten waren eenmalig en voor één jaar.

  • Bans-1 klimaatconvenant, een convenant dat in 2002 gesloten is tussen het Kabinet, gemeente en provincies. Dit project is vermeld in de genoemde begroting.

  • Bans+ (dit project is een vervolg op Bans-1): 6 miljoen euro in 2007.

  • Stimulering lokale klimaatinitiatieven (SLOK = Bans-2): 35 miljoen euro in 2008.

  • Innovatieprogramma klimaatneutrale steden (IKS): 7 miljoen euro in 2009.

Vraag 7

Kunt u vanaf 1988 een gedetailleerd jaaroverzicht geven aangaande de Nederlandse bijdrage aan Europa voor klimaatdoeleinden?

Antwoord 7

Nederland draagt jaarlijks een bedrag af aan de EU. Voor de hoogte van deze bedragen verwijs ik naar de verschillende begrotingen van het ministerie van Buitenlandse Zaken. In de jaarverslagen van de Europese Commissie staat aangegeven hoe de uitgaven van de Europese Commissie zijn verdeeld over de verschillende onderwerpen. De systematiek is zodanig dat er geen één op één relatie kan worden gelegd tussen de Nederlandse bijdrage aan Europa en de uitgaven van de Europese Commissie aan klimaatdoeleinden.

Vraag 8

Kunt u vanaf 1988 per jaar aangeven hoeveel geld aan ontwikkelingshulp beschikbaar werd gesteld voor klimaat doeleinden?

Antwoord 8

Nederland rapporteert elke vier jaar aan de UNFCCC over haar verplichtingen inzake het klimaatverdrag via de nationale communicaties. Sinds 2001 wordt hierin gerapporteerd over de klimaatuitgaven binnen ontwikkelingssamenwerking. In de jaren voor 2001 werd hierover niet gerapporteerd.

Deze klimaatuitgaven betreffen programma’s voor het bevorderen van het gebruik van hernieuwbare energie en adaptatiemaatregelen in met name de water- en landbouwsector.

De door Nederland gerapporteerde uitgaven zijn:

  • 2001: 56,52 miljoen Euro

  • 2002: 55,31 miljoen Euro

  • 2003: 80,56 miljoen Euro

  • 2004: 74,10 miljoen Euro

  • 2005: 79,29 miljoen Euro

  • 2006: 82,14 miljoen Euro

  • 2007: 81,51 miljoen Euro

  • 2008: 98,65 miljoen Euro

De uitgaven voor 2009 en 2010 zijn nog niet beschikbaar en zullen via de nationale communicatie 2009–2012 aan de UNFCCC gerapporteerd worden. In het kader van het terugdringen van de administratieve lasten zullen er geen aparte rapportages over klimaatuitgaven voor de jaren 2009, 2010 en 2011 gemaakt worden.

Vraag 9

Kunt u het totale bedrag zoals voortgekomen uit de bovenstaande vragen vermelden en gemotiveerd aangeven hoe dit bedrag tot stand is gekomen.

Antwoord 9

Het informatiegehalte per onderdeel is zo verschillend dat het op basis daarvan niet mogelijk is om een juist bedrag voor het geheel over de periode 1988–2011 aan te geven.

Vraag 10

Kunt u aangeven hoeveel kouder het is geworden en hoeveel de zeespiegel is gedaald door alle klimaatkosten die zijn gemaakt en die tot doel hebben om Nederland klimaatneutraal te maken.

Antwoord 10

De Nederlandse klimaatkosten hebben niet tot doel gehad om Nederland in 2012 of 2020 reeds klimaatneutraal te maken. De doelstellingen in het kader van het Kyotoprotocol (2012) en het Europese klimaat- en energiepakket (2020) zijn bescheidener. De relatie tussen uitgaven in het kader van klimaatbeleid en effecten op trends in temperatuurreeksen en trends in verminderde zeespiegelstijging kunnen pas op langere termijn zichtbaar worden. De rechtstreekse relatie bestaat wel tussen klimaat uitgaven en de bijdrage van Nederland aan broeikasgasreductie. Deze bijdragen worden gedaan met het doel dat deze broeikasgasreductie uiteindelijk zal leiden tot een beperking van de temperatuurstijging. Het klimaatbeleid leidt er toe dat we de doelstellingen voor 2012/2020 gaan halen. Om de temperatuurstijging in 2050 tot 2 graden te beperken (dat is het uitgangspunt van de klimaatconferentie in Cancun geweest) is een grotere inspanning nodig.

Vraag 11

Deelt u de mening dat de begrippen klimaat, energie en milieu drie totaal verschillende dingen zijn en los van elkaar gezien moeten worden? Zo ja, deelt u de mening dat mensen te nietig zijn om het klimaat, het weer over langere periode, te beïnvloeden?

Antwoord 11

Nee, klimaat, energie en milieu kunnen sterk met elkaar samenhangen.


X Noot
1

http://www.trouw.nl/tr/nl/4332/Groen/article/detail/2802801/2011/07/12/Al-Gore-start-nieuwe-klimaatcampagne.dhtml

X Noot
2

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven