Vragen van de leden De Liefde en Van Nieuwenhuizen (beiden VVD) aan de ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de subsidiëring van gescheiden zwemmen (ingezonden 22 juli 2011).

Antwoord van minister Schippers (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (ontvangen 13 september 2011) Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2010–2011, nr. 3337.

Vraag 1

Wat vindt u van het feit dat de Amsterdamse zwemvereniging De Waterlelie van 2007 tot 2011 subsidie heeft ontvangen voor het gescheiden zwemmen van mannen en vrouwen via het project Swim2Gether van de Koninklijke Nederlandse Zwembond (KNZB)?1

Antwoord 1

De activiteiten van het gescheiden zwemmen komen voort uit het in 2006 door de rijksoverheid gestarte programma Meedoen Allochtone Jeugd door Sport. Met het programma werd onder meer beoogd de achterstand in sportdeelname van allochtone jeugd in het algemeen en allochtone meisjes in het bijzonder in te lopen. Later werd de doelgroep verbreed naar alle jeugd uit achterstandsposities en werd de naam aangepast in Meedoen Alle Jeugd door Sport. In het programma participeerden negen sportbonden, elf gemeenten en ruim 500 sportverenigingen. Eén van de verenigingen die vanaf het begin betrokken was bij het programma is de Amsterdamse zwemvereniging De Waterlelie.

Vraag 2

Deelt u de mening dat de projectnaam Swim2Gether van de KNZB haaks staat op de activiteiten van De Waterlelie, namelijk het organiseren van gescheiden zwemmen?

Antwoord 2

De naam Swim2Gether doet niet meteen denken aan gescheiden zwemmen.

De naam Swim2gether verwijst dan ook niet naar het gescheiden zwemmen, maar onder meer naar de samenwerking tussen verenigingen en de samenwerking op lokaal niveau. Het project Swim2Gether van de KNZB bestond uit meer dan het aanbieden van gescheiden zwemmen via haar verenigingen. Ook zwemvereniging De Waterlelie deed meer dan het aanbieden van gescheiden zwemmen.

Zo verzorgde zij in het kader van Swim2Gether ook diplomazwemmen, zwemvaardigheidslessen, vrij zwemmen en snorkelen. Deze vormen van zwemmen waren voor iedereen toegankelijk.

Vraag 3

Deelt u de mening dat het onwenselijk is activiteiten zoals gescheiden zwemmen te subsidiëren (direct danwel indirect) omdat het integratiebelemmerend werkt?

Antwoord 3

Door gescheiden zwemmen aan te bieden met overheidssteun wordt een boodschap afgegeven dat het in Nederland geaccepteerd is dat mannen en vrouwen tijdens het zwemmen niet met elkaar in contact horen te komen.

Die boodschap is niet integratiebevorderend. Dat is voor het kabinet een zwaarwegend argument om gescheiden sporten waarbij er geen contact mogelijk is tussen mannen en vrouwen niet te stimuleren.

Vraag 4

Deelt u het standpunt dat het subsidiëren van gescheiden zwemmen ingaat tegen afspraken uit het regeerakkoord?2 Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Ja. De subsidie is echter toegekend lang voordat het regeerakkoord tot stand kwam.

Vraag 5

Kunt u toezeggen zo spoedig mogelijk alle subsidies voor integratiebelemmerende (sport)activiteiten te beëindigen?

Antwoord 5

De subsidies voor de activiteiten in het kader van het programma Meedoen Alle Jeugd door Sport zijn reeds beëindigd.

Vraag 6

Deelt u de mening dat het onwenselijk is dat voor de activiteiten van zwemvereniging De Waterlelie mannelijke bezoekers het zwembad moeten verlaten, mannelijk personeel tijdelijk geen toegang krijgt tot het zwembad, ramen zoveel mogelijk worden afgeplakt, alleen vrouwelijk personeel de zwemles en het toezicht verzorgt en dat de beveiligingscamera’s van het zwembad worden uitgezet? Is het uitzetten van de beveiligingscamera’s bovendien niet gevaarlijk vanwege de verminderde veiligheid van personeel, bezoekers en hun bezittingen?

Antwoord 6

Gescheiden sporten met overheidssubsidie is onwenselijk als het betekent dat mannen niet aanwezig mogen zijn als vrouwen sporten of andersom. Bij de zwembond heb ik navraag gedaan over de veiligheid en het uitzetten van de beveiligingscamera’s. Camera’s werden tijdens het gescheiden zwemmen niet uitgezet, de beelden werden op dat moment niet bekeken. In geval van calamiteiten konden de beelden terug worden gekeken. Tijdens het gescheiden zwemmen waren wel steeds voldoende toezichthouders aanwezig.

Vraag 7

Zijn er naast zwemvereniging De Waterlelie nog andere organisaties in Nederland die subsidie ontvangen voor gescheiden zwemmen of andere integratiebelemmerende (sport)activiteiten? Zo ja, loopt de subsidieperiode nog, welke organisaties ontvangen subsidie, voor wat voor activiteit(en) en hoeveel subsidie hebben zij de afgelopen 4 jaar ontvangen?

Antwoord 7

Zoals ook vermeld bij het antwoord op vraag vijf is de subsidiering voor de activiteiten uit het programma Meedoen Alle Jeugd door Sport beëindigd. Met het beëindigen van de subsidies zijn deze activiteiten stopgezet of, daar waar ze succesvol waren, zonder subsidiegeld van de rijksoverheid gecontinueerd. Van de negen sportbonden die subsidie kregen voor het programma Meedoen Alle Jeugd door Sport hebben drie bonden gescheiden activiteiten voor (allochtone) meisjes aangeboden. Daarbij stond het doel om de achterstand in sportdeelname van allochtone meisjes in te lopen voorop.

De Zwembond ontving voor deelname aan het programma Meedoen Alle Jeugd door Sport en uitvoering van het project Swim2Gether van 2006 tot en met 2010 een subsidie van € 3,2 miljoen. Hiervan is € 95 000 besteed aan drie zwem-verenigingen die zich ondermeer richten op gescheiden zwemmen. Eén van die verenigingen was zwemvereniging De Waterlelie. De verenigingen richtten zich naast het gescheiden zwemmen op diploma zwemmen, introductielessen voor jeugd, snorkelen, vrij zwemmen, zwemtoernooien, kaderopleidingen etc.

De Koninklijke Nederlandse Krachtsport- en Fitnessfederatie (KNKF) ontving voor deelname aan het programma Meedoen Alle Jeugd door Sport en uitvoering van het project Tijd voor Vechtsport van 2006 tot en met 2010 een subsidie van € 11,8 miljoen. Hiervan is € 600 000 besteed aan tien sportverenigingen die zich onder meer richtten op het aanbieden van gescheiden sporten. Naast het aanbieden van gescheiden sporten richtten deze verenigingen zich op werven van jeugd, werven van vrijwilligers, kaderopleidingen, weerbaarheidstrainingen, lessen op scholen etc.

De Judo Bond Nederland ontving voor deelname aan het programma Meedoen Alle Jeugd door Sport en uitvoering van het project Urban Judo van 2006 tot en met 2010 een subsidie van € 3,2 miljoen. Hiervan is € 120 000 besteed aan twee judoverenigingen die zich ondermeer richtten op gescheiden meidenjudo. De verenigingen richtten zich naast het meidenjudo op judo op school, judo in de wijk, kaderopleidingen, werven van vrijwilligers, judo op recept, judo in de zorg etc.

Tot slot merk ik op dat dit overzicht rijkssubsidies van VWS betreft. Decentrale overheden zijn vrij – binnen de grenzen van de geldende wet- en regelgeving – om zelf hun subsidiebeleid te bepalen.


X Noot
1

http://zvdewaterlelie.webs.com/ en http://www.projectenbanksportenbewegen.nl/

X Noot
2

Vrijheid en verantwoordelijkheid, regeerakkoord VVD-CDA pagina 26: «Het kabinet zal geen subsidie geven aan organisaties die activiteiten ondernemen die zich tegen de integratie richten».

Naar boven