Vragen van het lid Van Raak (SP) aan de minister van Veiligheid en Justitie over afluisteren door particuliere recherchebureaus (ingezonden 19 augustus 2011).

Mededeling van minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) (ontvangen 9 september 2011).

Vraag 1

Hoe is het mogelijk dat geen aangifte kan worden gedaan van het afluisteren door een privé-detective, met als doel bewijs te leveren voor een civiele procedure over inkomsten en het al dan niet hebben van een nieuwe liefde?1

Vraag 2

Wat is terechtgekomen van de belofte van de regering op 16 juni 2009 dat de politie meer en beter toezicht zou gaan houden op particuliere recherchebureaus?2

Vraag 3

Klopt het dat particuliere recherchebureaus slechts telefoonverbindingen mogen aftappen in opdracht van de rechthebbende van de aansluiting, en dat dit alleen mag indien dit noodzakelijk is voor het leveren van bewijs van strafbare feiten?

Vraag 4

Hoe gaat u de naleving van de Privacygedragscode voor particuliere onderzoeksbureaus verbeteren?

Vraag 5

Welke maatregelen gaat u nemen om te voorkomen dat privé-detectives tegen de regels in burgers blijven afluisteren?

Mededeling

Hierbij bericht ik u dat de schriftelijke vragen van het lid Van Raak (SP) van uw Kamer over afluisteren door particuliere recherchebureaus (ingezonden 19 augustus 2011) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.

Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.


X Noot
1

«Detective hört mit!» Vrij Nederland, 20 augustus 2011.

X Noot
2

Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 29 279, nr. 93.

Naar boven