Vragen van de leden
Recourt
en
Bouwmeester
(beiden PvdA) aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over handhaving van het casinobeleid op Curaçao
(ingezonden 22 oktober 2010).
Antwoord van minister
Donner
(Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) (ontvangen 2 november 2010).
Vraag 1
Kent u de berichten «Coalitie gedoogt casino’s» en «GCB weer onder hoede overheid»?1
Vraag 2
Is het waar dat de regering van Curaçao casino’s wil gedogen die in strijd handelen met de recent gewijzigde Eilandsverordening
Casinowezen en wil dat de Gaming Control Board (GCB) hieraan meewerkt?
Antwoord 2
Zie het antwoord op vraag 8.
Vraag 3
Is het toegestaan dat de regering van Curaçao en de Gaming Control Board de Eilandsverordening Casinowezen niet handhaven?
Dienen zij zich niet aan de wet te houden zolang deze van kracht is?
Antwoord 3
De regering van Curaçao dient zich, net als ieder ander, te houden aan vigerende wet- en regelgeving. De wijze waarop wet-
en regelgeving gehandhaafd wordt, is de verantwoordelijkheid van de regering van Curaçao.
Vraag 4
Is het waar dat de regering van Curaçao voornemens is om de wijziging van de Eilandsverordening Casinowezen terug te draaien?
Antwoord 4
Zie het antwoord op vraag 8.
Vraag 5
In hoeverre deelt de regering van Curaçao de mening dat casino’s gevestigd op het eiland bij dienen te dragen aan de overheidskas
en dus belasting dienen te betalen?
Antwoord 5
Zie het antwoord op vraag 8.
Vraag 6
Is het waar dat de nieuwe Eilandsverordening Casinowezen leidt tot 20 miljoen extra inkomsten voor Curaçao en dat de recente
wijziging tot stand is gekomen om in het kader van de schuldsanering de begroting sluitend te maken? Is het waar dat hierover
afspraken zijn gemaakt met het College financieel toezicht (Cft)?
Antwoord 6
Voor het eerste gedeelte van de vraag, verwijs ik u naar het antwoord op vraag 8.
Het College Financieel Toezicht is een onafhankelijke organisatie die een signalerende en adviserende rol heeft. Het College
onthoudt zich van het geven van een beleidsmatig oordeel en gaat niet over de wijze waarop Curaçao zijn begroting sluitend
maakt.
Vraag 7
In hoeverre handelt de regering van Curaçao in strijd met de consensusrijkswet financieel toezicht als zij de Eilandsverordening
Casinowezen onvoldoende handhaaft of probeert terug te draaien? Welke mogelijkheden biedt de consensusrijkswet financieel
toezicht u om eventueel in te grijpen in deze kwestie?
Antwoord 7
De Rijkswet Financieel Toezicht op de landen Curaçao en Sint Maarten (Kamerstuk 32 026) is gericht op de vaststelling en de uitvoering van begrotingen en op de beheersing van het totaal van de geldleningen. De
Rijkswet Financieel Toezicht houdt geen toezicht in op beleidsmatige keuzes binnen het financiële beleid van de autonome landen.
Inkomensverhogende maatregelen die het land neemt, bijvoorbeeld het heffen van belasting op casino inkomsten, zijn beleidsmatige
keuzes. Deze vallen dan ook niet onder de Rijkswet Financieel Toezicht. Derhalve biedt deze wet geen mogelijkheden om in te
grijpen.
Vraag 8
Valt, in het geval voornoemde berichtgeving klopt, dit handelen van de regering van Curaçao volledig binnen de autonomie van
dit nieuwe land?
Antwoord 8
Ja, het opstellen van een begroting en de handhaving van de Eilandsverordening Casinowezen zijn autonome aangelegenheden van
het land Curaçao. Derhalve beschik ik niet over de door u gevraagde informatie.
XNoot
1Antilliaans Dagblad, 15 oktober 2010.