Vragen van het lid
Koopmans
(CDA) aan de staatssecretaris van Economie, Landbouw en Innovatie over de mogelijke vrijlating van damherten nabij Nederlands
grondgebied (ingezonden 16 juni 2011).
Antwoord van staatssecretaris
Bleker
(Economische Zaken, Landbouw en Innovatie) (ontvangen 23 augustus 2011).
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het artikel «LLTB fel tegen Duitse damherten»?1
Vraag 2
Deelt u de opvatting dat vrijlating van de damherten, die nu in het oude munitiedepot tussen Swalmen en Brüggen lopen, ongewenst
is gezien de hoeveelheid schade die zij veroorzaken aan ondermeer flora & fauna en landbouwgewassen?
Antwoord 2
De ervaring in Nederland leert dat damhertenpopulaties schade aan landbouwgewassen en aan natuurwaarden kunnen veroorzaken.
Tevens kunnen zij een probleem vormen voor de verkeersveiligheid (TK, 2006–2007, nr. 1592).
Vraag 3
Bent u betrokken bij de Duitse planvorming omtrent het vrijlaten van damherten in het gebied tussen Swalmen en Bruggen? Is
daarbij een paragraaf opgenomen «hoe om te gaan met eventuele schade»? Zo ja wie betaalt deze schade en zijn daar middelen
vanuit het faunafonds voor beschikbaar? Zo nee, bent u van plan om in overleg te treden met het Duits bevoegd gezag omtrent
deze kwestie?
Antwoord 3
Sinds het in werking treden van de Flora- en faunawet is faunabeleid de verantwoordelijkheid van de provincies. Het is daarom
aan de provincie Limburg om in overleg te treden met het Duitse bevoegd gezag.
Wel heb ik van de provincie Limburg begrepen dat op basis van hun faunabeleid het gebied Maas-Swalm-Nette-Meinweg als een
kansrijk leefgebied voor grote hoefdieren zoals het damhert is aangemerkt.
Vraag 4
Deelt u de opvatting dat dergelijke projecten alleen doorgang mogen vinden als er voldoende draagvlak is bij alle betrokken
partijen?
Antwoord 4
Het na te streven evenwicht tussen instandhouding van de soort en het beschermen van de in de Flora- en faunawet genoemde
belangen dient met alle betrokken partijen in een faunabeheerplan te worden overeengekomen.
Vraag 5
Bent u ervan op de hoogte dat damherten een beter zichtveld hebben dan bijvoorbeeld edelherten en reeën waardoor zij moeilijker
te beheren zijn? Zo ja, indien het project doorgaat hoe wilt u schade aan flora en fauna, landbouwgewassen en het verkeer
voorkomen?
Antwoord 5
Damherten hebben weliswaar een beter gezichtsvermogen dan edelherten en reeën, maar dit wordt gecompenseerd door een geringer
gehoor- en reukvermogen, waardoor damherten niet moeilijker te beheren zijn.
Vraag 6
Klopt het dat voor het damhert diverse leefgebieden zijn aangewezen? Ligt een van deze (of meerdere) gebieden in de nabijheid
van Swalmen? Bent u van mening dat het aantal leefgebieden alleen kan worden uitgebreid indien duidelijke afspraken zijn gemaakt
over beheer en schadeafwikkeling of niet moet worden uitgebreid?
Antwoord 6
Nee, er zijn geen leefgebieden aangewezen voor damherten. Wel zijn er leefgebieden aangewezen voor edelherten en wilde zwijnen.
Vraag 7
Wat is de huidige juridische status van damherten? Biedt dit voldoende ruimte om bij eventuele vrijlating op Nederlands grondgebied
een nulstandbeleid te hanteren?
Antwoord 7
Damherten worden aangemerkt als beschermde inheemse diersoort in de zin van artikel 4 van de Flora- en faunawet (Ffwet). Op
grond van artikel 67 Ffwet kan de stand van het damhert op bepaalde gronden worden ingeperkt, mits geen afbreuk wordt gedaan
aan de duurzame staat van instandhouding van de soort.
Op basis van het vigerend faunabeheerplan hebben Gedeputeerde Staten echter een ontheffing verleend voor het doden van damherten.
Dit betekent dat de faunabeheereenheid dieren die uit Duitsland over de landsgrens lopen, kan laten doden door jachtaktehouders.
X Noot
1http://www.l1.nl/L1NWS/_pid/links4/_rp_links4_firstElementId/1_5275105/_rp_links4_hasclickpage/1_1013