Vragen van het lid Timmermans (PvdA) aan de minister van Buitenlandse Zaken over Chinese mensenrechtenadvocaten die onder druk worden gezet door de Chinese autoriteiten (ingezonden 30 juni 2011).

Antwoord van minister Rosenthal (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 20 juli 2011).

Vraag 1

Kent u het rapport van Amnesty International «Against the Law- Crackdown on China’s Human Rights Lawyers Deepen», waarin melding wordt gemaakt van nieuwe maatregelen die de Chinese regering onderneemt om mensenrechtenadvocaten onder druk te zetten om meer grip te krijgen op de juridische wereld in het land?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Zo ja, wat is uw oordeel over het gegeven dat de Chinese autoriteiten de afgelopen twee jaar steeds meer controle hebben weten te krijgen op de advocatuur in China?

Antwoord 2

Ik onderschrijf de analyse van het rapport. De groeiende controle van de autoriteiten op de advocatuur is reden tot zorg. Een onafhankelijke advocatuur is essentieel voor het functioneren van een rechtsstaat.

Vraag 3

Wat is uw opvatting over het gegeven dat Chinese advocaten die gevoelige zaken aannemen, met name zaken die mensenrechtenschendingen betreffen, niet door hun jaarlijkse beoordeling heen komen en licenties van advocaten daardoor tijdelijk of soms definitief worden ingetrokken?

Antwoord 3

Iedere advocaat moet in vrijheid zijn beroep uit kunnen oefenen, onafhankelijk van een politiek oordeel over de zaken die hij aanneemt.

Vraag 4

Zijn er op dit moment mensenrechtenadvocaten die vastzitten vanwege het feit dat zij volgens deze Chinese autoriteiten «omstreden zaken» hebben aangenomen? Zo ja, om hoeveel advocaten gaat het?

Antwoord 4

Mij zijn geen andere gevallen bekend dan die genoemd worden in het rapport van Amnesty International.

Vraag 5 en 6

Wat is uw opvatting over het feit dat de Chinese autoriteiten het in april 2009 gelanceerde «China National Human Rights Action Plan for 2009 to 2010»  met name op het onderdeel «het recht op een eerlijk proces» aan de kant lijkt te schuiven? Bent u bereid om de Chinese autoriteiten aan te spreken dat zij verplichtingen hebben aangegaan en deze niet lijken na te komen? Zo nee, waarom niet?

Bent u  bereid om alle aanbevelingen die Amnesty International in haar rapport maakt onder de aandacht te brengen bij de Chinese autoriteiten? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 5 en 6

Tijdens de EU-China mensenrechtendialoog van 16 juni 2011 is prominent aandacht besteed aan de kwesties die worden genoemd in het rapport van Amnesty International. Daarbij is ook gesproken over de situatie van een aantal specifieke advocaten. Tijdens eerdere mensenrechtendialogen tussen de EU en China heeft de EU dergelijke kwesties ook aan de orde gesteld en zal dat blijven doen. Nederland zal bilateraal aandacht besteden aan deze knelpunten.

Vraag 7

Bent u bereid zowel in bilaterale contacten, als via de Europese Unie en de relevante VN instrumenten, de Chinese autoriteiten blijvend aan te spreken op hun internationaalrechtelijke verplichtingen op het vlak van mensenrechten? Zo ja, op welke wijze gaat u dit doen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 7

Ja, mensenrechten vormen een van de pijlers van het Nederlandse buitenlandse beleid en maken dus ook onderdeel uit van de bilaterale relatie met China. Dit beleid wordt ook uitgedragen in multilaterale fora. Daarnaast financieren de EU en een aantal lidstaten programma’s ter versterking van de rechtsstaat in China. Nederland doet dat ook. In dat kader worden onder andere rechters en advocaten opgeleid. Verder onderhoudt de ambassade contacten met advocaten die in het rapport worden genoemd.


X Noot
1

Amnesty International, «China: Dark Times For Lawyers as Repression Intensifies», 30 juni 2011.

Naar boven