Aanhangsel van de Handelingen
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2010-2011 | 3116 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Nummer | Datum ontvangst |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2010-2011 | 3116 |
Heeft u kennisgenomen van het bericht in het Financieel Dagblad van 8 juni «Lang wachten op pensioenvehikel»?
Deelt u de inschatting van de sector dat DNB wel heel erg lang doet over de procedure, nu al bijna zes maanden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, deelt u de mening dat dit een gevaar voor de aantrekkelijkheid van de PPI kan vormen?
De PPI-wetgeving is van kracht sinds 1 januari 2011. Ik heb van DNB begrepen dat sinds januari 2011 zes vergunningaanvragen zijn ingediend, waarvan twee aanvragen in januari 2011. Daarvan is inmiddels één vergunning verleend, te weten op 24 juni jl.. Verder zijn in april twee aanvragen ingediend, één in mei en één in juni.
Voor het verlenen van een vergunning geldt in beginsel een beslistermijn van 13 weken. De beslistermijn van dertien weken wordt verlengd als de aanvraag niet compleet is of als aanvullende informatie dient te worden aangeleverd. In dat geval wordt de beslistermijn opgeschort tot de dag waarop ontbrekende stukken of informatie alsnog worden verstrekt. In de praktijk wordt vergunningaanvragers een aantal keren om aanvullende informatie gevraagd. Met het aanleveren daarvan is veelal een aantal weken per verzoek gemoeid. In het algemeen geldt hoe hoger de kwaliteit (zowel qua inhoud als qua volledigheid) van het ingediende dossier, hoe korter de doorlooptijd.
De toezichthouders geven aan dat zij de doorlooptijd die thans wordt gerealiseerd in het proces van vergunningverlening PPI derhalve niet als ongebruikelijk ervaren, mede gegeven het feit dat zowel marktpartijen als toezichthouders voor het eerst ervaring opdoen met deze categorie financiële onderneming.
Met u constateer ik dat er marktpartijen zijn die het proces van vergunningverlening als (te) lang ervaren. Vanuit het verlangen van deze partijen om hun diensten snel aan te kunnen bieden in binnen- en buitenland vind ik de zorgen over het verloop van de aanvraagprocedures zeer begrijpelijk. Evenzeer begrijpelijk vind ik de behoeften van de beide toezichthouders om een adequate invulling te geven aan hun wettelijke taken en tegemoet te komen aan de maatschappelijke wens om de kwaliteit van financiële dienstverlening, waaronder ook de kwaliteit van pensioenuitvoering, meer indringend en vasthoudend te toetsen. Tevens wordt van de toezichthouders verlangd de innovatie in de financiële markten te ondersteunen, door voortvarend op te treden bij vergunningaanvragen en ook door mee te denken met partijen die willen toetsen onder welke voorwaarden nieuwe vormen van dienstverlening kunnen worden aangeboden. Deze doelstellingen kunnen in elkaars verlengde liggen, maar kunnen op enig moment ook botsen. Dit vooral waar toezichthouders en marktpartijen zich richten op een vorm van dienstverlening die nog niet eerder in die vorm en context is aangeboden. Uit de reactie van DNB in genoemd artikel, waarin ze aangeeft dat ze de druk vanuit de markt voelt, maar daar niet de consequentie aan kan verbinden om lichtvaardig te toetsen, blijkt dat de toezichthouder zich ter dege bewust is van de noodzaak tot het zoeken van een balans tussen al deze doelstellingen.
De toezichthouders worden zowel aangesproken op de adequaatheid van de toetsing als op de kwaliteit van de daarbij gebruikte procedures. In dat kader heeft DNB – als reactie op de geuite zorgen – begin juni het initiatief genomen tot een informatiesessie, om marktpartijen beter te informeren over wat van hen verwacht wordt bij het indienen van een vergunningaanvraag. Deze informatiesessie heeft op 27 juni jl. plaatsgevonden en is goed bezocht door vertegenwoordigers van Holland Financial Centre (HFC) en een aantal marktpartijen. Gesproken is over het proces van vergunningverlening. Verschillende partijen waren kritisch over het verloop hiervan. Na afloop hebben DNB en HFC aangegeven dat zij denken, door aan partijen inzicht te geven in de toepasselijke wet- en regelgeving en de wijze waarop de vergunningaanvragen worden beoordeeld, bij te dragen aan een verantwoorde introductie van de PPI. Ik ga er van uit dat deze bundeling van krachten bijdraagt tot de kwaliteit van de aanvragen en dat de procedure daardoor in de toekomst sneller kan verlopen.
Al met al meen ik dat zowel marktpartijen als toezichthouders er veel aan is gelegen louter partijen toe te laten tot de markt die afdoende hebben aangetoond in staat te zijn hun klanten een adequate kwaliteit van dienstverlening te kunnen bieden.
Deelt u de mening dat het onwenselijk is dat er in een zeer laat stadium van de vergunningsaanvraag steeds extra vragen worden gesteld die DNB zelf niet gesteld heeft in het aanvraagformulier? Deelt u tevens de mening dat dit een gevaar voor de rechtszekerheid kan vormen?
De aanvraagformulieren die door de toezichthouders worden gebruikt in het kader van de vergunningverlening hebben tot doel aanvragers te ondersteunen bij het aanleveren van informatie die dient als basis voor de gevraagde toetsing. De toezichthouders gebruiken deze informatie voor een eerste beoordeling van de aanvraag, het formuleren van nadere vragen en het vormgeven van het verdere proces. Naar ik heb begrepen van DNB is het opvragen van nadere informatie in verband met de veelal complexe vergunningaanvragen zeer gebruikelijk.
In het aanvraagformulier wordt verwezen naar de vergunningvereisten die volgen uit wet- en regelgeving. Het is aan de aanvrager van de vergunning om aan te tonen dat aan deze vereisten wordt voldaan, om een reële inschatting te maken van de risico’s die zich kunnen voordoen in verband met de voorgenomen activiteiten en om aan te geven hoe deze beheerst kunnen worden. DNB beoordeelt vervolgens in samenwerking met de AFM of de inschatting van de risico’s en de beheersing daarvan toereikend is. Die beoordeling heeft tot doel te achterhalen of de belangen van de pensioendeelnemer wiens gelden aan een premiepensioeninstelling worden toevertrouwd, adequaat worden beschermd. De aanvrager kan in elk stadium van de aanvraag in de gelegenheid worden gesteld zijn aanvraag aan te vullen. Ik heb er alle vertrouwen in dat DNB daar adequaat en met inachtneming van de geldende termijnen mee om gaat. Met de toezichthouders vind ik het van belang dat een proces van vergunningverlening ordentelijk en zo efficiënt mogelijk verloopt. Het kan zijn dat bepaalde vragen pas rijzen in de loop van het proces, bijvoorbeeld naar aanleiding van verstrekte aanvullende informatie. Zolang de toetsing plaatsheeft conform de daarvoor geldende normen is de rechtszekerheid naar mijn mening niet in het geding.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/ah-tk-20102011-3116.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.