Vraag 1 t/m 11
Wat is uw reactie op de voorlopige resultaten van de barometer basisfuncties van mantelzorgorganisatie Mezzo?1
2
Wat is uw reactie op het feit dat slechts 6,5% van de gemeenten een voldoende scoort voor hun aanbod, beleid en uitvoering
wat betreft de basisfuncties mantelzorg en vrijwilligerszorg?3
Onderschrijft u de ambitie van uw ambtsvoorganger dat in 2012 75% van de gemeenten de basisfuncties mantelzorg dient te hebben
opgenomen in het Wet maatschappelijke Ondersteuning (Wmo)-beleid? Hoe verhoudt deze ambitie zich met de uitslagen van de barometer
basiszorg, waaruit blijkt dat in maart 2011 pas 10,5% van de gemeenten een voldoende scoort voor het opnemen van mantelzorg
en vrijwilligerszorg in het beleid?
Vindt u het niet schrikbarend dat slechts 2,5% van de gemeenten een voldoende scoort voor het aanbod en uitvoering van de
basisfuncties mantelzorg?
Wat is uw reactie op het gegeven dat slechts 2,5% van de gemeenten een voldoende scoort op een cruciale voorziening als respijtzorg?
Vindt u het aanvaardbaar dat het overgrote deel van de mantelzorgers niet naar behoren gebruik kan maken van respijtzorg?
Wat is uw reactie op het gegeven dat slechts 2% van de gemeenten de educatie van mantelzorgers voldoende op orde heeft?
Bent u ervan op de hoogte dat veel gemeenten op dit moment bezuinigen op ondersteuning van informele zorg, waardoor de bovengenoemde
resultaten niet snel zullen verbeteren? Wat is hierop uw reactie?
Bent u ervan op de hoogte dat er gemeenten zijn waar de mantelzorgondersteuning en vrijwilligerszorg niet door specialisten
wordt gedaan, maar is ondergebracht bij het Wmo-loket?4 Bent u van mening dat de bovenstaande onderzoeksresultaten mede worden veroorzaakt doordat gemeenten goedkope oplossingen
verkiezen boven goede oplossingen?
Kunt u een overzicht geven van de gemeenten die ernstig tekort komen in de uitvoering van basisfuncties lokale ondersteuning
vrijwilligerswerk en mantelzorg? Kunt u ook een overzicht geven van de gemeenten die deze basisfuncties wel goed uitvoeren,
als stimulans en beloning voor hun goede beleid?
Wat gaat u doen om de ondersteuning van mantelzorg en vrijwilligerszorg te verbeteren?
Bent u er nog steeds van overtuigd dat het onderbrengen van de ondersteuning van informele zorg in de Wmo met veel beleidsvrijheid
voor gemeentes, de beste manier is om de steeds verder groeiende groep mantelzorgers te ondersteunen? Zijn bovenstaande onderzoeksresultaten
geen bewijs van de stelling dat te veel beleidsvrijheid voor gemeenten zorgt voor onvoldoende uitvoering van de gemaakte afspraken?
Kunt u uw antwoord toelichten?
Antwoord 1 t/m 11
Mantelzorg en vrijwilligerswerk zijn van het grootste belang voor de ondersteuning van de meest kwetsbaren in onze samenleving.
Vanuit dit belang hecht ik ook zeel veel waarde aan het daar waar aangewezen en mogelijk ondersteunen van mantelzorgers en
vrijwilligers. Gemeenten vervullen hier een belangrijke rol en moeten dat ook op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning
(Wmo). Zeker ook in tijden van verandering dient deze ondersteuning op orde te zijn.
Vanwege dit grote belang van mantelzorg en de noodzaak van een goede ondersteuning ben ook ik bezorgd over het door Mezzo
gepresenteerde beeld van het door burgers ervaren ondersteuningsaanbod voor mantelzorgers en voor vrijwilligers.
Ik ben nog niet toe aan een oordeel over de gepresenteerde cijfers. De uitkomsten van de barometer wijken significant af van
de eerder door Movisie uitgevoerde nulmeting naar de invoering van de basisfuncties. Uit de rapportage over de nulmeting komt
overigens ook naar voren dat veel gemeenten nog het nodige moeten doen om een goede ondersteuning van mantelzorgers te realiseren.
Het rapport over de nulmeting heb ik u bij brief van 5 juli 2010 doen toekomen. Ook de evaluatie van de Wmo door het SCP (u
toegezonden op 16 augustus 2010) laat een ander beeld zien. Ik wil met partijen waaronder de VNG en Mezzo, hierover in gesprek
gaan.
In een dialoog met gemeenten en (vertegenwoordigers van) de mantelzorgers en vrijwilligers wil ik komen tot bovenbedoeld eenduidig
beeld en een analyse van de huidige stand van de ondersteuning en daar waar nodig tot aanvullende maatregelen om tot verbetering
te komen.
Dat betekent dat ik iets meer tijd neem voor mijn beleidsbrieven over de ondersteuning van mantelzorgers en vrijwilligers.
Beide brieven kunt u in het najaar tegemoet zien. In deze beleidsbrieven zal ik op basis van de nieuwe informatie ook uitgebreider
ingaan op de door het Kamerlid Leijten gestelde vragen.